maandag 7 augustus 2017

Fietserpad Maastricht-Nijmegen

We hebben nog een paar vrije dagen en een meereiskaartje van de NS. Dat betekent vier dagen fietsen langs de fietsvariant van de bekende wandelroute het Pieterpad.
Ik download de route en bekijk thuis hoe we de vier dagen kunnen opknippen in mogelijke trajecten met leuke campings. We rijden door een landschap van drie miljoen jaar oud. Het limburgse terassenlandschap en het dal van de Maas, om te eindigen bij de stuwwal van Groesbeek en Nijmegen en zullen de wisseling van landschap in onze benen voelen door een paar flinke klimmetjes.

Dag 1. Maastricht-Stein
We kunnen door het meereiskaartje pas na 9 uur weg en dat betekent dat we om 12 uur het station Maastricht uit fietsen om een terrasje te zoeken voor een kopje koffie en natuurlijk limburgse vlaai.
Daarna rijden we nog even langs het OLV plein en de Mariakapel om aan alle overleden mensen in onze omgeving te denken. En dan op weg naar het zuiden.
Dit is een beetje raar want de route gaat van zuid naar Noord maar de 10 km naar het startpunt in Withuis is te overzien en we gaan daarna door het heuvelige limburgse land naar het noorden. We rijden de stad uit en komen al snel op een fietspad op de rand van het Maasdal en de heuvels.

Eerst Gronsveld en dan Rijkholt. We kijken niet helemaal goed op de track maar we komen goed uit op het kruispunt bij Mesch. En dan beginnen we met een klein klimmetje echt aan onze tocht op het Fietserpad.

De tocht is echt een verassing en het blijkt dat je een provincie nooit echt kent. We passeren Mheer, Banholt, passeren in de verte de oorlogbegraafplaats in Margraten, en dan rijden we door een prachtig dalletje naar het Geuldal.

Daar slaan we bij het Kasteel Oud Valkenburg rechtsaf en rijden om het kasteel heen.














We krijgen via een informatiebord een goede uitleg over hoe dit limburgse landschap eigenlijk ontstaan is.




 

Terrassenlandschap. Onder invloed van verschillende factoren is het limburgs heuvellandschap onstaan. Men spreekt over een terrassenlandschap. Wat ik begrijp is dat in de tropische zee door zeediertjes veel kalk is afgezet dat is vermengd met klei. Daarna werd de kalklaag door stuwing omhoog geduwd. Dit plateau van kalk wordt in een volgende fase bedekt met löss en zand.  Daarna wordt deze kalk/kleilaag gedurende duizenden jaren uitgesleten door de Maas, de Geul en andere beken. Trapsgewijs ontstaan er diepe beddingen die het limburgse landschap typeren. Een geheel van dalen en plateau's.Geologen onderscheiden in de ondergrond van het Maasdal maar liefst 31 terrasniveaus. Het jongste terras ligt op een hoogte van circa veertig meter boven NAP, direct aan de Maasloop. Het oudste ligt op ongeveer 220 meter boven NAP, bovenin het heuvelachtige landschap. Het hoogteverschil tussen opeenvolgende terrassen die zich als een soort traptreden manifesteren is ongeveer 5-10 meter. In het huidige landschap zijn door de lössbedekking nog maar drie grote terrasniveaus duidelijk te onderscheiden. Deze worden het laag-, midden- en hoogterras genoemd. De drie terrassen zijn te herkennen als vlakke delen in het landschap, begrensd door een steile helling. De terrassen worden vaak gebruikt als akkerbouwgrond, omdat ze vlak zijn en vanwege de vruchtbare löss. De terrassen kunnen enkele kilometers breed zijn, maar ook veel smaller, afhankelijk van de mate waarin ze later geërodeerd zijn. De aangrenzende hellingen zijn meestal bebost.


Op de website van Geologie van Nederland wordt er een andere verklaring voor het ontstaan van het terrassenlandschap gegeven (er wordt niet gesproken over de kalk-kleilaag) . Tijdens een ijstijd stroomde de Maas door een wirwar van beddingen en zette hij over een brede vlakte zand en grind af. Zo ontstond een zogenaamde riviervlakte;
Tijdens de warme periode die erop volgde kreeg de Maas een vaste loop en sneed hij zich diep in de riviervlakte in; Ondertussen kwam het hele gebied omhoog door bewegingen in de aardkorst. De gevormde riviervlakte kwam hierdoor hoger in het landschap te liggen dan de insnijdende Maas en tekende zich als een duidelijke 'traptrede' in het landschap af.
Deze volgorde van gebeurtenissen heeft zich in de afgelopen drie miljoen jaar 31 keer herhaald, met als gevolg dat de hellingen van het Maasdal zijn opgebouwd uit 31 terrastreden.

 Op deze tekening zie je goed hoe de rivieren en riviertjes de kalklaag hebben uitgesneden. De hoogste gebieden liggen in het oosten van Limburg. Het maasdal is het laagste gedeelte. In de tekening hieronder zie je hetzelfde door de dwasdoorsnede van het gebied. Daaronder de afzettingen van de oude en de nieuwe maasbedding. 

We volgen nu een groot stuk langs de geul:Het toeristische Valkenburg, camping het Geuldal en bij Rothem gaan we onder de snelweg door verder naar het westen. We zitten nu aan de Noordkant van Maastricht en bij het Julianakanaal rijden we langs een smal fietspad pal naar het noorden. We kiezen voor een boerencamping iets onder Elsloo. Om daar te komen moeten we de een 'ware haarspeldbocht' nemen en klimmen zo'n 50-60 m om op de hoogte van het achterland te komen. Dan naar het noorden tot we in het gehucht Catsop de camping vinden. We melden ons bij de boerin en omdat het vandaag sterk waaide vanuit het zuiden proberen we een plekje uit de wind en in de zon te vinden wat eigenlijk niet lukt. Gelukkig gaat de wind wat liggen.

De camping is erg eenvoudig, inclusief de prijs. We douchen en maken eten en kunnen nog een tijdje buiten zitten. Het wordt dan donker en in de verte zien we het bedrijventerrein van DSM liggen. Op de achtergrond horen we vliegtuigen opstijgen vanaf Maastricht Airport.
En dan slapen.














Dag 2. Stein- Panningen
Het regent 's nachts en als we rond 7 uur op de buienradar kijken zien we een front overtrekken dat alleen in Limburg ligt. Uit nood ontbijten we in een klein houten huisje en wachten tot het een beetje droog is. Een ouder fiets-stel uit Leidschendam komt bij ons zitten en we praten over hun en onze fietsreizen. Ze zijn zo'n 68-70 jaar en nog steeds heel betrokken fietsers maar geen grote afstanden meer. Ze rijden overigens op zeer chique electrische Santosfietsen met pignonnaaf en ook hun tent mag er zijn. Tegen half twaalf wordt het droog en pakken we alles op. In Elsloo praten we even met twee dorpsbewoners over het dorp en of het niet leegloopt. Hun kinderen studeren in het westen en zijn sterk op de randstad gericht.
Hier langs de Maas, zijn het laag- en middenterras van het landschap duidelijk van elkaar te onderscheiden. Als we vanaf het dorpje Catsop, iets ten zuiden van Elsloo, afdalen richting de Maas, kun je heel mooi de overgang zien van laagterras naar middenterras. 'Zowel in het reliëf als in het landgebruik is deze overgang te herkennen. Het dorpje zelf ligt op een hoog en vlak gedeelte. Het landgebruik bestaat uit akkerbouw. Dit is het middenterras. Ongeveer achthonderd meter richting de Maas gaat het terras over in een steile beboste helling. Na de helling kom je weer op een vlak gedeelte, het laagterras'.


We kijken even uit over het kanaal en de maas en een klein stukje verder kunnen we België zien liggen. Twee oudere mannen vertellen over de aanleg van het kanaal. De reden is dat de Belgische regering niet mee wilde betalen aan de kanalisering van de Maas.
We rijden eerst een stuk langs dit kanaal maar daarna een een groot deel van de dag in de lage Delta  van de Maas en passeren kleine dorpjes en stadjes. Allereerst Meers waarbij we over een klein paadje langs de huizen rijden met een mooi uitzicht op de Maas. Dan Maasband en Urmond dat door het kanaal is doorgesneden. Hier drinken we koffie.







Iets boven Grevenbicht lopen we vast omdat ze druk zijn met het verbreden van de rivier. Er worden nieuwe stroomgaten aangelegd waarvoor de winterdijk wordt verplaatst. Dan gaan we bij Roosteren even op bezoek bij de buren de Belgen in Maaseik.









Daar doen we boodschappen bij de Colruijt (wat een vreemde winkel!!) en schuilen voor een flinke bui onder terrasparaplu's op het centrale plein van de stad waar op dat moment een beachvolleybal toernooi wordt gehouden. Dit alles maakt dat we weer tijd verliezen. Het motregent en we trekken toch maar een regenpak aan.










We volgen nu een stukje de LF 7 en via Geistingen en Kessnich komen we in Thorn aan. Het is inmiddels 15.30 u waar we toch maar een broodje eten. Thorn blijft een mooi apart dorpje met al die witte huizen. Maar ook vallen de mooie bloemrijke tuinen op. We steken bij Wessem en Heel een groot plassengebied over. Je ziet hier aan de grote meren en plassen heel goed hoeveel zand en kiezels in de loop van de tijd uit dit gebied gehaald zijn.












Nu goed voor watersport. Dan volgt een saai stuk langs een kanaal en het begint laat te worden. Bij Haelen rijden we door een bosgebied en passeren een mooie plek met de leu-watermolen. In dit gebied komen drie beken bij elkaar die uiteindelijk in de Maas uitmonden: de Tungelroysebeek en de Zelsterbeek.. Onbekend gebied, maar erg mooi. Iets boven Neer vinden we een kleine boerencamping n.l.  Bovensbos. We zoeken een lege plek, zetten de tent op en gaan douchen. Als ik uit de douche komt regent het opnieuw en ik maak wat eten onder een tarp van een buurman. Maar dan trekt de regenbui over en we kunnen we gewoon bij de tent eten.



Er zijn veel kinderen die kunnen spelen met skelters, een dierenweide en er is een zwembad. Het roept veel herinneringen op van de tijd dat wij met de kinderen kampeerden.  Als het donker wordt duiken we net als de meeste kampeerders in het bed.











Dag 3 Panningen-Geijsteren

We worden wakker van de zon die op onze tent schijnt. Sterker. Het wordt zo rond 8.30 uur erg warm. We gaan er uit en ontbijten. Omdat het lekker weer is is het ook leuk om weer verder te gaan. We zoeken  de route op via knooppunten. Het is zondag en er zijn heel veel mensen, vooral ouderen, op de weg met hun electrische fietsen. Bij Kessel vinden we de route weer en we rijden heel mooi langs de Maas.




De routemakers vinden dat we even langs het kasteel in Baarlo moeten rijden en zoeken dan de rivier weer op. Bij Venlo drinken we koffie en dan moeten we door het industriegebied van Venlo en we vervolgen langs een hele mooie oude weg om in Grubbenvorst uit te komen.









Dit is een heel specifiek landbouwgebied met asperges, rozen (Lottum) en boomkwekerijen. We verbazen ons over de velden met Afrikaantjes. Het ruikt heel sterk. We weten niet of dit voor de verkoop van perkplanten is, of voor het zaad of nog iets anders. Ook opvallend veel velden met struiken met blauwe bessen.
Nu gaan we iets weg van de rivier om door een bosgebied te rijden. We passeren een ven waar het heel rustig en stil, zo stil dat het over ons heen valt.  De route gaat hier wel heel erg heen en weer, maar dat zal een bedoeling hebben. Af en toe komen we wandelaars tegen die het Pieterpad lopen.












Via het dorpje Meerlo komen we op het landgoed Geijsteren waar we de camping op zoeken. Het bijzondere van dit soort landgoederen is dat de eigenaren de oorspronkelijke structuur van het gebied meer in stand hebben gehouden en niet gekozen hebben voor ruilverkaveling, waarbij de percelen groter zijn en de wegen en beken rechtgetrokken. Het geeft onmiddelijk een zeer eigen en natuurlijke toon aan het landschap en is prettig om in te rijden.











Het kampeerterrein ligt aan de Maas en er is nog voldoende plek op het tentenveld. Leuk is dat er achter het toiletgebouw een overdekte ontmoetingsplaats is gemaakt met een water koker en een koffiezetapparaat. Ook liggen er kranten en tijdschriften op een grote houten tafel.
Na het opfrissen fietsen we naar het eetcafé in het kleine dorpje Geijsteren. We hopen hier beelden te zien van de finale van het Europees kampioenschap voor vrouwen waar het Nederlandse team tegen Denemarken speelt.




Helaas leeft het niet erg en probeer ik via mijn mobiel te volgen hoe de wedstrijd gaat. Nederland wint met 4-2. Terug op de camping praten we nog een tijdje met een solofietser (v) die veel alleen in Oost Europa heeft gefietst. Ze werkt bij vluchtelingenwerk en is betrokken bij een Evangelische Pinkstergemeente in Maarsen. Even wordt het gesprek wat spannend als het over evangeliseren gaat, maar voor dat het scherp wordt gaan we maar slapen.

Dag 4: Geijsteren-Nijmegen.
Het is deze nacht wat kouder dus we kruipen lepeltje, lepeltje tegen elkaar en zijn vroeg wakker. De route beschrijving geeft aan dat het nog 70km naar Nijmegen is, de track zegt dat het 45  km is. We moeten voor 15.30 uur in de trein zitten om van het meereiskaartje gebruik te kunnen maken dus we zorgen dat we op tijd weg zijn. We ruimen de tent en slaapspullen op en ontbijten aan de grote tafel bij de Maasoever. We gebruiken de waterkoker en als we eenmaal kunnen beginnen met eten komt de medewerker van de locale supermarkt die zijn broodjes, aardbeien en sapjes neer wil zetten. Daar gaat ons rustige ontbijt, maar goed,  we willen toch opschieten en in een hoekje van de tafel eten we ons brood en crackers op en zeggen de camping vaarwel.
Het is mooi zonnig weer en we hebben een stevig windje in de rug. Via Maashees, Vierlingsbeek en Boxmeer rijden we naar het noorden. Dit is het gebied van het Maasheggen landschap. Percelen land zijn omzoomd met heggen van struiken zoals de meidoorn, vaak met stekels, die fungeerden als perceelscheiding om de dieren in het eigen land te houden.







Dit is oud land zoals we kunnen zien op een informatiebord over de Via Valentiniana, een Romeinse weg uit 360 na Christus.












Bij Beugen drinken we koffie en dan gaan we bij Gennep over de brug en maak ik een paar mooie foto's van de Maas en het landschap er om heen.
















Iets boven Gennep is er een fietspad door een breed stroomgebied van de Maas dat nu een natuurgebied is. Er heeft een oud kasteel - het Gennephuis - gestaan. Dan via Middelaar en Plasmolen komen we aan de rand van het heuvelgebied rondom Groesbeek en we moeten flink klimmen om op
dit plateau te komen.
De stuwwal van het rijk van Nijmegen en Groesbeek heeft een bijzondere landschappelijke geschiedenis.
De verplaatsing van een enorme gletsjer vanuit Scandinavië, is rechtstreeks de oorzaak van het ontstaan van de Nijmeegse stuwwal. Dit moet zo’n honderdvijftigduizend jaar geleden plaats hebben gevonden. De gletsjer bewoog zich in het Saalien via de toen droog liggende Noord- en Oostzee naar zuidelijk gelegen delen van de aardbol. De rivieren die vanuit het zuiden richting het noorden hun weg zochten, stuitten op een dik pakket ijs en werden genoodzaakt af te buigen in westelijke richting. De gletsjer schoof ruim honderd meter in de bodem waardoor plaatselijk rivierzand en grind naar voren, opzij en omhoog werd geduwd. Grote niveauverschillen waren het gevolg en de landschapsvorm stuwwal was een feit. De jonge stuwwallen veranderden vervolgens door verschillende klimaatwisselingen. Erosie trad op en veroorzaakte onder andere plateauvorming. Smeltwater gaf vorm aan de zogenaamde fluvioglaciale of smeltwaterhellingen.

We rijden door een afwisseling bosgebied met boerderijen en landgoederen, mooie doorgaande wegen met loofbomen en dan de bebouwing van de stad Nijmegen, waar we wat drinken en door de winkelstraten wandelen. Het schreeuwerige van de stad staat haaks op de stilte en de vergezichten in het landschap van de afgelopen dagen.








Zie de route




Statistieken


Fietserpad 1

km

Gemidd

d    uur

Dag 1

54,8

14,6

3,45

Dag 2

69,7

15,6

4,27

Dag 3

53,9

16,6

3,14

Dag 4

43,9

16,3

2,41