zaterdag 7 september 2019

Ruurlo-Haarlem Familietocht








Hoe het idee voor deze tocht is ontstaan weet ik niet meer precies. Een zoon zei: Ik heb niet veel geld, maar zullen we samen met de familie een huttentocht maken? Een ander had ook weinig plannen voor deze zomer, maar een bergwandeltocht had veel voeten in de aarde. Een fietstocht van een week langs trekkershutten was praktisch te organiseren. Een vriendinnetje wilde wel mee mits de afstanden niet meer dan 60 km waren, en er niet elke dag werd gefietst. Met deze randvoorwaarden ontrolde zich een plan. Routes uitgezocht, campings gereserveerd en treinkaartjes betaald. Het moest een kennismaking met fietsen worden voor P. maar ook echt een weekje er tussen uit.

Wat probeer je met vakantie te bereiken? Het zijn allemaal pogingen in de zin van onthaasten, terug
gaan naar de natuur, ontdekken dat veel dingen ook simpel opgelost kunnen worden, even minder prikkels en tenslotte oog krijgen voor de omgeving: de natuur, de stilte en het landschap. W. zei onderweg"wat ken ik Nederland eigenlijk slecht". Het niet simpel om met een groep van zes personen op stap te gaan. Het is vermoeiend om met zes personen een programma te ondernemen, maar ook een kans om weer een bij te praten en plezier te hebben met spelen van spelletjes zoals we dat vroeger deden met het spel koehandel in trekkershutten, waarbij W. altijd won. Met je familie op stap gaan is eigenlijk een nostalgie naar de kindertijd. Herinneringen komen terug.

Eerst het gezelschap voorstellen.

 J. is de oudste van het stel. Wijkwerker 61 jr. en getrouwd met C.  Psychiatrisch verpleegkundige 59 jr. Samen Kregen ze drie zonen die nu tussen 23-27 jaar oud zijn. D. Ondernemer, bedrijfskundige en organisatiepsycholoog 27 jr. W. Docent economie in het mbo 26 jr. G. Vrijwilliger bij een instelling voor mensen met beginnende dementie. 


 


 Allemaal veel te oud om nog met ouders op vakantie gaan, maar schijnbaar  voorzag dat toch in een behoefte. Dan is er ook nog de vriendin van D.  (al 6 jaar een relatie) P. In opleiding als klinisch psycholoog, bekend met kamperen, maar heeft nog nooit langer dan 20 km op de fiets gezeten en houdt vooral van uit eten gaan. Zelf koken is niet haar ding.

Dag 1. Zaterdag 17 aug. Haarlem Ruurlo.

De weersvooruitzichten waren niet gunstig voor het weekend. Veel regen. Veel mensen met kaartjes voor Lowlands boden deze voor dumpprijzen aan op internet. We verdeelden de regenjassen en kochten extra regenbroeken voor het geval dat. Om 9 uur verzamelden we in Haarlem en warempel om 10.30 u waren we op het station, waar uitgerekend deze dag de lift naar perron 3 defect was. Met tweetallen duwden we de fietsen met tassen door de goot naar boven en royaal op tijd stonden we klaar. Dit is de spirit van fietskamperen. Problemen zijn om op te lossen.

In de weekends zijn er veel mensen op reis. Hieronder een indruk van hoe reizen met de trein en zes fietsen met bagage zo ongeveer gaat. We verdeelden ons tussen Haarlem en Amsterdam over twee fietsbalustrade's en juist in die van ons wilden ook twee buitenlandse stellen met kinderwagens mee!!. Het paste allemaal, maar er was geen plek meer om te zitten. De volgende hindernis was overstappen op station Amsterdam. Perron 1 heeft geen lift, dus je kunt alleen met de fiets op de roltrap. De verdeling in de twee groepen handhaafden we. De fietsbalustrades in de trein naar Nijmegen was ook vol met in totaal 7 fietsen. Dat kan alleen als je alle tassen er af haalt. Op het traject naar Zutphen was een wisselstoring en daardoor waren er treinen uitgevallen en moesten we in Arnhem 30 min. wachten. Tijd voor koffie. Ook in de nieuwe sprinter was het een beetje krap met zes fietsen. Rond 13 u waren we in Zutphen en kon de fietstocht beginnen. Maar het was regenachtig weer en een aantal van het reisgezelschap moest naar het toilet. De oplossing: wat eten en drinken in de HEMA. Maar iedereen heeft z'n eigen invulling van even wat 'gezond' eten bij de Hema.

Daarna beginnen we aan de tocht volgens de natuurroute van de routeplanner van de fietsersbond. Als we de stad uitrijden moeten we een stukje lopen en hekken opzij schuiven omdat er een cityswim
wordt georganiseerd door een lokale zwemvereniging. Dan langs een bijzonder kasteel Huis ter Voorst en via een brug over de Berkel richting Vorden. Zoals al genoemd is deze fietstocht voor P. een uitdaging. Nog niet eerder deed ze een lange tocht met bagage en daarom is er deze inrijtocht om de spieren, de fiets en de billen uit te proberen. Gelukkig heeft ze een fietsonderbroek aan die beschermd. Ze vindt dat we wel hard fietsen. Omdat we haar bij de groep willen houden doen we rustig aan. Iets voorbij Almen drinken we wat bij rustpunt Heidepol. Omdat we boodschappen  nodig hebben verlaten we de route en slaan voorraad in bij een supermarkt. Dan proberen we weer aan te sluiten bij de route maar een nieuwe woonwijk met geluidswal maakt dat we enigszins afwijken.


De laatste zes km naar de camping gaat over fietszandpaden naast een onverharde weg. Rond vijf uur melden we ons bij de camping en krijgen daar de sleutel van de trekkershut. Wij zetten iets verder weg onze tent op en zo installeren we ons. Het fijne  van de zes-persoons hut is dat er iets meer ruimte is in het leefgedeelte. De avond na het eten vullen we met een kaartavond boerenbridge.

Dag 2. Zondag 18 Aug. Regen en bezoek aan kasteel Ruurlo

We slapen lekker uit, maar C. wil het zwembad uit proberen ook al regent het. Ze krijgt P. G. en D. mee die al snel weer op de kant staan vanwege het koude water. Als iedereen opgefrist is ontbijten we.




Omdat het regenachtig weer is zoekt iedereen een boek op of een paar doen een spelletje. Ikzelf vlucht op een gegeven moment naar de gemeenschapsruimte/restaurant om met een kop koffie verder te lezen in mijn boek.
Dan eten we wat en rond 14 uur is het droog aan het worden. Plan is om de Willinktentoonstelling te bekijken in Museum Kasteel Ruurlo. We fietsen er naar toe en kopen kaartjes voor degenen die geen museumkaart hebben. De inleidende film (ingesproken door Mieke van der Weij) vertelt over de geschiedenis van het huis en dat er een tijd een stadhuis in het pand gezeten heeft. Nu is het eigendom van Hans Melchers die er zijn verzameling Willink schilderijen in tentoonstelt. Het museum vormt een duo met museum More in Gorsel. Mooi dat rijke mensen iets willen nalaten aan de gemeenschap. Willink is me niet echt bekend. Hij beoefent in zijn jeugdjaren vele stijlen, maar later is hij herkenbaar aan de landschappen, Griekse beelden en portretten. Maar het meest is hij misschien bekend door zijn relatie met Mathilde Willink. Bekend van de Fong Leng jurken die ze droeg en zo de modekoningin van Amsterdam was. In korte tijd kocht Willink 37 jurken van deze ontwerpster voor haar. (à 5-20.000 euro. C. zoekt een man die dat ook voor haar wil doen? ). Een jaar na het beëindigen van de relatie sterft Mathilde op mysterieuze wijze door zelfmoord/moord)
We lopen wat door het museum en proberen de stijl en bedoeling van Willink te begrijpen. Het schilderij hier links trof me wel. Drie mannen/parachutisten vallen uit de hemel in een vrije duik in een landschap met in een kuil oude bussen,vrachtwagens en auto's. Dit alles in een groots wijds landschap met dreigende wolken. Om geld te verdienen schilderde Willink portretten en er hangen er enkele in de tentoonstelling. Bijzonder in de gedetailleerdheid. Verder konden we enkele jurken van Fong Leng bekijken en volgens de kenner onder ons is dit wel de prijs waard als het gaat om het handwerk.
Na het museum doen we boodschappen en via een betere weg zoeken we onze kampeerplek weer op. Het is inmiddels mooi weer en we kunnen een en ander drogen van de vele regen die op ons is gevallen.
Na het eten gaan de jongens een voetbalwedstrijd van PSV bekijken op de tablet bij het restaurant. P. loopt hard en gaat douchen en wij maken een wandeling rond de omgeving. Gewoon dingen die je doet als je op de camping staat.
We verkennen een glamping tent (eigenlijk een trekkershut, maar dan van canvas) en zien verder dat het rustig is op de camping zo in het naseizoen. Een recent bericht op het journaal liet zien dat mensen steeds luxer willen kamperen en dat campings die hier niet op inspelen het in de toekomst moeilijk gaan krijgen. Bij deze camping zo midden in het land zal de vraag naar het verdienmodel zeker ook spelen.

Maandag 19 Augustus. Van Ruurlo naar Arnhem. Onverharde paadjes, wind tegen en klimmen

We hebben zo'n 65 km voor de boeg en na het ontbijt rijden we rond 10.30 u weg. Wel moeten we nog even de vloer dweilen. Via het zandpad rijden we naar het zuiden en voelen we al dat dit een zware dag wordt door de wind. De routeplanner van de Fietsersbond heeft tal van onverharde paadjes gevonden en zo trekken we naar het westen langs de spoorlijn Zutphen - Winterswijk.

Onder Vorden bij een  boerderijcamping treffen we opnieuw een rustpunt waar we koffie drinken en de eigenaresse
vertelt dat het zo bijzonder is dat we zo samen op weg zijn, maar dat er steeds minder fietsers bij haar camping aankomen. Ik antwoord met een lichte zelf spottende toon dat ik het in mijn omgeving herken en dat we een soort verdwaalde hippies zijn dat we dit nog doen. Dan komen we op de route van de LF 3-4 langs de IJssel.

De IJssel is feitelijk maar een kleine stroom als je weet dat er door de stuwing van de ijstijd een diepe geul van zo''n honderd meter diep en dertig kilometer breed is uitgesleten. Het gebied tussen de Veluwe en de heuvels van  bijv. de holterberg.  Deze is in de loop van de tijd gevuld met steen en gruis waarbovenop de rivier is ontstaan. Volgens wikipedia heeft de mens hier een rol in gehad. De Romeinen hebben kanalen gegraven om een doorgang te krijgen naar de zuiderzee. Later (na 800) nam Deventer de rol van Dorestad  over als belangrijke doorvoerhaven. 

Het is een open en boomvrij landschap en we voelen nu de harde zuid-westen wind recht voor ons. Dit kost kracht. We proberen elkaar te helpen door dicht bij elkaar te rijden en zo wind te vangen. We kijken even in het
oude stadje Doesburg en rijden dan door naar
Dieren waar we met het pontje oversteken en met elkaar gaan lunchen aan de rivieroever waar picknicktafels staan. J en W. gaan wat karnemelk en broodjes halen en de anderen dekken de tafel. Na het eten zoeken we het natuurgebied Veluwe zoom op.
Nationaal Park Veluwezoom is een natuurgebied van 5000 hectare op de Veluwe in de provincie Gelderland dat in zijn geheel eigendom is van de vereniging Natuurmonumenten. In 1930 werd het het eerste nationaal park in Nederland. Het heuvelachtige gebied bestaat grotendeels uit gevarieerd bos, heide, en een enkele zandverstuiving. In het zuidelijke, meest heuvelachtige deel van het park liggen meerdere landgoederen zoals Heuven en Beekhuizen. Centraal in het nationaal park ligt het bekende uitzichtpunt de Posbank. Het natuurgebied strekt zich uit over de gemeenten Arnhem, Rheden en Rozendaal.Dit restant van de laatste ijstijd heeft een sterk heuvelachtig natuurgebied nagelaten.
Het landschap voel je hier in je benen, want Dieren ligt op de grens van het IJsseldal en de stuwwal gebied waar ook de Posbank bij hoort. De toppen zitten tussen 90-110 m hoog. Na zo'n vijf kilometer klimmen met 3% helling zitten we midden in het gebied met bossen en stukken met bloeiende heide. We kruisen een paar snelwegen A50-A12 (wat een herrie na de hele dag in de natuur te hebben gereden) en komen zo aan de noordwest kant van Arnhem in het gebied van landgoed Warnsborn terecht. Een stuk land dat sinds 1450 in de boeken genoemd wordt en nu eigendom is van het Gelders Landschap. De camping is bekend en heeft een fijne sfeer. We staan op
het trekkersveld zodat er geen caravans te zien en elke dag nieuwe mensen aankomen. We installeren ons en eten een hapje. Deze dag was zwaar en dat voelen we in onze benen. Een paar doen boodschappen en samen maken we een maaltijd.  We gaan lekker vroeg slapen.

Dinsdag 20 aug. Pauzedag. 

De volgende morgen ligt na het ontbijt de dag aan onze voeten. Er is in de omgeving genoeg te bekijken en te bezoeken, maar het komt er niet van. Er wordt gelezen, tafeltennis gespeeld koffie gedronken. Pas in de middag komen we in beweging. De jongeren gaan kleding shoppen voor G.  in Arnhem en wij gaan iets later ook een paar winkels langs en doen boodschappen voor het avondeten. Deze keer bami met veel pindasaus. Deze avond speelt Ajax tegen een club uit Cyprus en we kijken de eerste helft in een kleine gemeenschapsruimte. Een waardeloze wedstrijd en het blijft 0-0.
D. heeft aangegeven dat zijn achterwiel doortrapt als hij kracht wil zetten. Dit betekent dat we morgen snel naar een fietsenmaker moeten omdat dit vraagt om vervanging van het freewheel.

Woensdag 21 aug. Verjaardag, Koffie met taart in Mossel en even wennen.


We staan redelijk vroeg op om om 8.30 u bij een fietsenmaker te zijn. Deze heeft het juiste onderdeel in huis, maar vraagt ons aan het einde van de middag terug te komen. Wij zeggen dat dit niet kan omdat we dan op de volgende camping moeten zijn. De fietsenmaker legt uit dat hij alle reparaties die binnen komen moet registreren dan pas kan beginnen. Het kost twee uur. We kunnen in de winkel wachten. We besluiten om ons telefoonnummer achter te laten en terug te gaan naar de camping, te ontbijten en in te pakken en later het wiel op te halen. Zo gezegd zo gedaan, Bij het ontbijt krijgt J. zijn felicitaties vanwege zijn verjaardag en een kleine attentie. We nemen de tijd om in te pakken en het huisje schoon te maken. Rond 11 rijdt D. naar de fietsenmaker en even later belt deze zelf. En dan kunnen we het wiel weer terug zetten en vertrekken. Gelukkig is het aantal kilometers vandaag te overzien. We rijden het landgoed af over een mooi stuk hei. Dan zoeken we de A50 over die we oversteken en dan volgt een stukje langs de hekken van Park de Hoge veluwe en het bosgebied tussen Ede en Otterlo.


Hier liggen veel fietspaden met afwisselend hei en bossen. We rijden achter elkaar op het pad, maar een mw. moet ons op het pad passeren bij een kleine helling. Iets wat er angst aan jaagt. Ze raakt in paniek en rijdt pardoes de hei in die niet erg meebeweegt waardoor valt. P en C. zijn gedienstig als hulpverleners en proberen haar weer uit de knoop te krijgen want haar been zit onder de fiets en zelf geeft ze niet veel beweging. Tot overmaat van ramp is haar man al lang de hoek om. Hij komt er pas naar 10 minuten achter dan zijn vrouw niet achter hem zit. D en P zijn hier in het voorjaar geweest en ze willen graag koffie drinken bij de 

theeschenkerij Mossel. J. wil al door rijden maar hij wordt door het gezelschap tot orde gemaand. Een voorbijganger die die allemaal op het kruispunt aanziet moet erg lachen om dit familietafereel.



Vanwege de verjaardag moet daar natuurlijk taart bij. Het is er al drukker, maar na ons is er een nog grotere rij bij het buffet. De kopjes zijn allemaal in gebruik. Het is niet gek dat het zo druk is, want het weer is fantastisch. Niet te warm of te koud.
We rijden terug naar het knooppunt waar we vandaan kwamen en vervolgen onze tocht. We rijden de natuurroute (dus door zo weinig mogelijk bebouwing) dus we rijden toeristisch heen en weer door de veluwe en daarna in de Gelderse vallei tussen Veluwe en Utrechtse Heuvelrug.

Gelderse Vallei (geologie) 

 Voordat de Gelderse Vallei ontstond, lag op deze plek het dal van de Maas. Tijdens de op één na laatste ijstijd, het Saalien, nam een grote ijslob vanuit het noorden bezit van dit dal. De Maas moest hierdoor zijn loop afbuigen naar het westen. Het ijs stuwde de ondergrond op tot hoge stuwwallen; de Utrechtse Heuvelrug en de westflank van de Veluwe. Toen het ijs zich terugtrok bleef er een diep glaciaal bekken achter, dat in het noordelijk deel ongeveer 100 meter diep was. Deze depressie werd sindsdien geleidelijk opgevuld, dit begon al direct na het afsmelten van het ijs. Er ontstond toen een diep glaciaal meer waarin een tientallen meters dik pakket kleiige ijsmeerafzettingen werd gevormd. In de warme periode daarna, het Eemien, steeg de zeespiegel en bereikte de zee de Gelderse Vallei, waardoor zeeklei werd afgezet. In de laatste ijstijd die hierop volgde werd dekzand afgezet. In het Holoceen is er vervolgens lokaal veen afgezet. Het relatief laag gelegen gebied heeft een nat karakter. Delen van het gebied zijn dan ook in vroegere tijden sterk venig geweest met blauwgrasland. Bijvoorbeeld in het Binnenveld (tussen Ede, Wageningen, Rhenen en Veenendaal) zijn hier nog sporen van te vinden en dit gebied wordt dan ook beschermd. Overblijfselen kan men ook terugvinden in plaatsnamen, zoals Veenendaal, Ederveen en Nijkerkerveen. 
Ook de naam Barneveld heeft waarschijnlijk een natte oorsprong. De oudste vorm is Barnevelde (1174) als de naam in hedendaags Nederlands omgezet zou moeten worden, zouden we over Bronveld spreken. De naam betekent open terrein waar water opkwelt.Deze kwel is afkomstig uit de stuwwallen aan weerszijden van de vallei. Het landschap kent een afwisseling tussen vooral grasland en kleine bos- en heidegebieden. Een voorbeeld van dat laatste is het bos- en heidegebied genaamd Erica ten westen van Barneveld. De oudste bebouwing ligt tegen de randen van de stuwwallen aan, met uitzondering van Barneveld. Dit gebied wordt gekenmerkt door vooral lage begroeiing. bron Wikipedia.

We doen in Ederveen boodschappen en lunchen iets later bij een natuurgebiedje. Zoon W. geeft aan zich niet lekker te voelen. En omdat hij anders in de avond bij ons weg zou gaan besluiten we dat hij de trein bij station de Klomp neemt en dan thuis lekker zijn bed in duikt. 
We rijden om Renswoude en Scherpenzeel heen. Hier loopt het fietspad over stukken van de Grebbelinie. We passeren een kade en een stelling. 

Grebbelinie

In 1939 is de in onbruik geraakte linie toch nog een keer in werking gesteld. In de plannen van de opperbevelhebber van het leger, generaal Reijnders, nam de linie de rol in van voorverdediging van de Vesting Holland. Op het laatste moment (februari 1940) besloot de nieuwe bevelhebber generaal Henri Winkelman de hoofdverdediging in de Grebbelinie te voeren. De inundaties werden in werking gesteld tussen de Grebbeberg en het IJsselmeer. Bij de Duitse invasie werd hier enkele dagen standgehouden door het Nederlandse leger. Op verschillende plaatsen, zoals bij Fort Engelaar moest de strijd opgegeven worden door gebrek aan munitie. De zwaarste strijd is gevoerd tijdens de Slag om de Grebbeberg.
Tijdens de Duitse bezetting leek het er lange tijd op dat de rol van de Grebbelinie als verdedigingslijn was uitgespeeld. De versperringen werden opgeruimd. In oktober 1944 vestigde de Organisation Todt zich in de Gelderse vallei. Deze organisatie werd belast met de bouw van een nieuwe verdedigingslinie die tussen Amersfoort en Veenendaal over het tracé van de oude Grebbelinie liep. Deze nieuwe linie werd door de Duitse bezetter Pantherstellung genoemd.
De Pantherstellung werd voornamelijk door Nederlandse dwangarbeiders maar ook door Russische, Italiaanse en Franse krijgsgevangenen gebouwd. In maart 1945 waren meer dan twaalfduizend mensen aan het werk. Na de geslaagde operaties Plunder en Varsity had de verdedigingslinie zijn rol verloren.Tot echte gevechten om de stelling is het niet gekomen, het Canadese leger staakte haar opmars naar West Nederland net voor de Grebbelinie. In 1951 werd de linie als verdedigingswerk opgeheven. Nu hebben veel resterende landschapselementen van de Grebbelinie een beschermde status vanwege zowel hun cultuurhistorische als natuurwaarde.


We rijden door een afwisselend landschap en onder Leusden komen we bij een mooi riviertje op de grens van de Gelderse vallei en de hoger gelegen heuvelrug en rijden we een tijd over het landgoed Den Treek. Dit landgoed wordt al genoemd in 1334.

Hoeve Den Treek 

De hoeve Den Treek was een van de 26 hoeven die - waarschijnlijk vanaf de dertiende eeuw - samen de marke van de Leusderberg vormden. Deze marke van de Leusderberg kwam waarschijnlijk tot stand in de 13 eeuw. Een marke was een groep personen die gezamenlijk zekere rechten hadden. Bij de marke van de Leusderberg ging het om 26 hoeven (boerderijen), die gezamenlijk gebruiksrechten hadden op de Leusderberg, het heidegebied op de Utrechtse Heuvelrug onder Leusden. Die rechten waren: het recht om vee te weiden, plaggen te steken, hout te oogsten en bijen te houden. Het weiden van schapen werd wel aangeduid met “schaapsdrift”. Het gemeenschappelijk markebezit werd aangeduid als de 'almende'. Ook de naam “meent” werd gebruikt.
Dan rijden we een tijdje langs de randweg van Amersfoort en moeten nog flink klimmen om bij de Stichtse Rotonde te komen. Vervolgens langs Middelbare school Ter Eem waar ik nog een jaar les heb gegeven en dan passeren we de dierentuin en op de grens van Amersfoort en Soest bevindt zich de camping. We melden ons en rijden naar de trekkershut. Na de Warnsborn valt dit plekje onvermijdelijk tegen. We maken er het beste van. In de hut is nauwelijks keukengerei dus hier kunnen we pannen, borden en bestek gebruiken die we bij ons hebben. G en P gaan boodschappen doen en wij installeren ons. We kunnen gebruik maken van een zeer luxe toiletgebouw, er is een tafeltennistafel en er is een klein voetbalveldje. Naast ons in de twee andere hutten zit een groepje studenten, maar we kunnen het met elkaar vinden. Op hetzelfde veldje zijn twee springkussens en nog laat spelen hier kinderen. Ik kan er wel van genieten, maar C. vindt het al gauw veel lawaai.
Wat vervelend is is dat er soms een vieze rottende geur ruiken die in flarden over ons plekje waait. Dit
komt van een boerderij die achter de camping ligt legt de beheerder uit. WE moeten het er mee doen. We eten aangeklede hamburger met een broodje en aardappeltjes. Na zo'n dag bezig zijn smaakt alles goed. Gijs gaat op het voetbalveld mee voetballen met de kinderen en de studenten.
We sluiten de avond af met een potje boerenbridge en gaan slapen. De studenten naast ons maken het iets later.

Donderdag 22 augustus. Er moet niks, uit in Amersfoort aan Zee.

We treffen elkaar bij het ontbijt. C. probeert nog in het zwembad te komen, maar dit gaat later open. We brengen de dag door met lummelen, lezen, koffie drinken enz. D + P wandelen naar het stuifzandgebied dat aan de camping grenst.
Halverwege de middag nemen we de fiets en rijden naar Amersfoort en bezoeken enkele voor C. belangrijke plekken zoals de plek waar zij woonde, muurhuizen, cafe van Zanten enz. Daarna gaan we naar Amersfoort aan de Eem een cafe-restaurant met veel zand op het terrein. Het is lekker druk en we drinken en eten daar tot een uur of acht. En we gaan door met onze boerenbridge competitie.







Terug op de camping is het wat rustiger bij de springkussens en sluiten we de dag af,




Vrijdag 23 augustus.

Dit is de laatste dag van onze fietstocht, maar ook de dag met de meeste kilometers. We ruimen alles op en maken het huisje schoon, maar hier hoeven we alleen te vegen. Dan rijden we een stukje richting het industriegebied van Amersfoort om dan het spoor over te steken en via boerenweggetjes aan de rand van Soest te komen. Ook hier zitten we op de rand van de vallei en het bosgebied. We passeren Paleis Soestdijk en komen dan in het bosgebied tussen Soest en Hilversum dat we slim ontwijken via veel bos en heide paadjes. We genieten van de heide die in bloei staat. Ook hier zijn veel mensen op de been die net als ons genieten van het weer en het uitzicht.
We gaan wel door het centrum van Bussum en dat heeft een reden.
We zijn uitgenodigd/ hebben onszelf uitgenodigd op de koffie bij de moeder van P. die in Naarden woont. P. vertelt over voor haar belangrijke plekjes. En ze toont mij bijvoorbeeld de heg waar ze als tiener in een dronken bui een keer ingereden is.
Ook belangrijk om te weten. We worden hartelijk ontvangen met koffie en bossche bol van de  echte bakker waar we natuurlijk enorm van genieten.


Na deze welkome onderbreking gaan we verder via Naarden vesting, Muiderberg en Muiden en na de grote brug over het Amsterdam Rijnkanaal rijden we langs het water richting Amsterdam. Na een lunchpauze bij een sluisje ter hoogte van Over Diemen rijden we op een mooie manier de stad in. Dan langs Bimhuis, station, Haarlemmerstraat zijn we zo bij  het westerpark, Halfweg, Spaarndam weer thuis. De teller geeft ruim 78 kilometer aan. Een record voor P. die erg trots is.