zaterdag 22 augustus 2020

Fietstocht Eifel zomer 2020





Dag 1. Heerlen- Roetgen. 60,7 km

Dit jaar is door de maatregelen rond het Coronavirus anders dan andere jaren. Zoals veel Nederlanders blijven we wat dichterbij huis. We hebben mondkapjes bij ons en er zitten wat onzekerheden in ons plan. Hoe druk zijn de campings? Als er nieuwe besmettingshaarden ontstaan wordt er dan geen lock down ingesteld en kunnen we niet meer thuis komen. Tegelijkertijd maakt fietsen in Duitland niet zo'n groot verschil met fietsen in Nederland. We zijn immers veel buiten en moeten alleen goed opletten in het toiletgebouw en bij winkels. De Eifel is een interessant afwisselend gebied kwa landschap. We  zullen door het natuurgebied van de Hoge Venen komen, maar ook een nieuw rivierdal van de Prüm gebruiken op weg naar Trier en verder het dal van de Moezel, de Ahr en de Rur. . Zie op de hoogtekaart van het Ardennen-Eifel massief hoe we zowel over het plateau hebben gefietst als de rivierdalen hebben gebruikt.

Bron WIkipedia
Onze startdag is tegelijk de warmste dag van het jaar met 37 graden. De oplossing is vroeg op pad en siësta houden.  Vanwege de corona-maatregelen registreren we onze treinreis bij de NS en zetten de fietskaart op onze mobiel. Onze trein vertrekt om 5.50 u en dus lezen we en dommelen we wat in een verder rustige trein. Na twee overstappen arriveren we rond 9.45 uur in Heerlen waar we beginnen met een kopje koffie. We willen de Vennbahn gebruiken om in de Eifel terecht te komen, maar deze begint in Aken. Daarom starten we met een eerste stuk door het Limburgse heuvelland en dat is meteen flink klimmen en dalen. Heftig voor de nog niet getrainde spieren. We doen boodschappen in een voorstad en ik moet even wennen dat in Duitsland de regel is dat mensen in de supermarkt een mondkapje dragen. Ik doe boodschappen voor twee dagen omdat we er op rekenen dat we op zondat geen supermarkt zullen vinden. Al na 15 km heb ik ontdekt dat mijn powerbank geen reactie meer geeft, zodat ik geen stroom meer kan opladen. Stroom die ik nodig heb voor mijn GSM en andere elektrische apparaten. We doorkruisen onder het centrum langs en vinden een mediamarkt om een nieuwe aan te schaffen. Het is al behoorlijk warm dus we rijden door tot we het begin van de Vennbahn vinden en na een stukje lunchpauze houden. Terwijl we daar zitten vraagt een passerend stel of we een schroevendraaier bij ons hebben om iets aan de elektrische fiets vast te schroeven. We maken een praatje, maar  zijn ook voorzichtig met afstand en spullen aan pakken.



Vennbahn


De Vennbahn (letterlijk: spoorweg van de Venen) was een spoorweg in de Oostkantons die door het Verdrag van Versailles aan België werd toegewezen, hoewel delen ervan door Duitsland liepen. De Vennbahn verbond de industriële centra van Aken (Rothe Erde) en Luxemburg op de kortst mogelijke manier.

De spoorweg werd door de Pruisische staat gebouwd om snel en gemakkelijk steenkool en ijzererts te vervoeren. Ook zou ze de economie van verschillende plattelandsgebieden laten opleven en de inwoners ervan werk verschaffen in de industriële centra, die door de komst van de lijn makkelijker toegankelijk zouden worden. De inwijding vond plaats op 4 november 1889, in de daaropvolgende jaren werd de baan bijna volledig naar twee sporen uitgebreid. Om dit mogelijk te maken moesten verschillende hoogteverschillen (tot 1,7 %) worden weggewerkt en het spoor op sommige plaatsen worden versmald omdat de beschikbare ruimte naar enkelspoornormen was berekend.

In de Eerste Wereldoorlog kreeg het vanwege zijn ligging aan het westelijk front een nieuwe functie; vanaf 2 augustus 1914 werden, als onderdeel van het Schlieffenplan, via de lijn soldaten naar de fortengordel rondom Luik gestuurd.


Na de oorlog werden in kader van het Verdrag van Versailles de Pruisische kantons Eupen en Malmedy bij België gevoegd. Dit had tot gevolg dat de spoorlijn de nieuwe grens verschillende keren doorkruiste en er dus iedere keer grenscontroles nodig waren. Om dit probleem te verhelpen, werd beslist om de bedding van de spoorlijn, de stations en de technische installaties in hun geheel aan België toe te wijzen. Door deze overdracht werden vier stukken Duits gebied opeens afgesneden van het moederland, het zijn tot op heden exclaves.




Het belang van het goederenvervoer verminderde sterk na WO I. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was de lijn een belangrijk doel van het Ardennenoffensief, het merendeel van de bruggen en tunnels werd vernield. De wederopbouw liet op zich wachten en het deel tussen Lommersweiler en Reuland werd zelfs niet meer hersteld. Het resterende stuk kon daarom niet meer voor zijn oorspronkelijke doel gebruikt worden. Beetje bij beetje hield de industrie op om de spoorweg te gebruiken. De lijn raakte meer en meer in verval. Na het totaal stopzetten van alle activiteiten werd nog een poging gedaan de lijn te exploiteren voor toeristische doeleinden. Na twaalf jaar kwam hier ook een einde aan. Op de sectie tussen Aachen Rothe Erde en Walheim hebben de ongebruikte sporen sinds 2005 plaatsgemaakt voor de zogenaamde Vennbahnradweg, een fietspad dat het tracé van de oorspronkelijke sporen volgt.
Het kenmerkende van de Vennbahn is dat het stijgingspercentage maximaal 2,7% is. Je gaat over langere afstand langzaam naar boven zonder dat je het merkt. Dat laatste is niet helemaal waar. Na een bepaalde tijd voel je heus wel dat je kracht moet zetten. Na weer drie kwartier klimmen drinken we wat bij een café in een oud stationnetje en weer wat later midden in het bosgebied houden we een uur siesta. C. doet een dutje en ik luister naar een podcast. Op het fietspad is het redelijk druk met (race) fietsers die zich schijnbaar niet zo druk maken over de hoge temperatuur. Op deze plek in de schaduw midden in het bos is het goed uithouden. Het idee was om vandaag te stoppen in Monchau, maar dat is onder deze omstandigheden te ver. Gelukkig is er ook een camping in Roetgen, waar we door de beheerder gastvrij ontvangen worden. Hij legt uit dat in dit deel van Duitsland de scholen weer zijn begonnen en er dus plek is op het trekkersveld. Hij geeft een tip voor schaduw en verkoopt me twee koude locale biertjes. Wat willen we nog meer.
We zetten de tent op en het komende uur. arriveren nog zo'n 8 trekkers met tentjes. We zijn schijnbaar niet de enigen die op pad zijn.  Langzaam wordt de temperatuur beter te hanteren en zien we na het eten de zon ondergaan. De fiets van C. is opgeladen en we gaan er redelijk vroeg in want het was een lange dag. We zijn geklommen naar 439m en hebben 3 uur en 45 minuten gefietst. Van te voren was ik chagrijnig over het idee van de warmste dag, maar het bleek met aanpassingen goed te doen.

Roetgen-Bleialf 78 km


Eigenlijk zijn we de eerste dag al behoorlijk naar boven geklommen in zo'n 30 km. Vandaag stijgen we naar 571 m, het hoogst van de hele vakantie en we zitten dan midden in het gebied van het natuurpark de Hoge venen. We weten dat het weer warm gaat worden en staan opnieuw rond 6 uur op en eigenlijk zijn alle fietsers bezig met snel weggaan. Rond 7.30 uur rijden we in de koelte de camping al. Met een beetje klimmen zitten we al op het fietspad en zetten de tocht voort op het fietspad dat de hoogtelijnen van het landschap volgt waardoor we relatief veel kilometers maken. Na ruim 20 kilometer drinken we koffie en maken een gesprekje met twee wandelaars die uitleggen dat dit stukje Vennbahn Belgisch grondgebied is. Het heeft iets te maken met teruggave na WOII. De koffie smaakt er niet minder om. We missen de afslag naar Monchau en en komen hier pas achter als we al weer 7 km verder zijn. Terug fietsen kost tijd vooral ook omdat dit toeristische stadje 100 m. onder ons ligt. We houden liever onze bevochten hoogte en besluiten door te fietsen.
Ongemerkt zijn we in het Natuurpark de Hoge Venen aangekomen. We zien veel bloemen langs het pad, er is weinig bebouwing en juist veel natuur.


Hoge Venen





De Hoge Venen bevinden zich op een bergrug van oude leisteen met een moeilijk doorlaatbare bodem. Hierop groeit het hoogveen. Het veenmos dat hier groeit is een kleine sporenplant die natte voedselarme omgeving leeft. Hij groeit aan de bovenkant, terwijl hij aan de onderkant afsterft en zo een dikke laag plantenmateriaal ontstaat. Het bekende veenturf, dat enorme hoeveelheden water kan bevatten als een spons. Er wordt gesproken over Hoog Veen als het water waardoor het veenmos kan groeien hemelwater is. (Geen grondwater).

Kenmerkend voor het gebied is het extreme klimaat. Er is veel neerslag en mist en de winters duren lang, waardoor de zomer relatief kort is. Dit had tot gevolg dat het gebied relatief niet druk bevolkt is. Tot de middeleeuwen waren de Hoge Venen voor 90% bedekt met loofbossen (Beuken, Eiken, Berken) Daarna werd een deel daarvan gekapt en ontstond er meer open veen en natte heide. Vanaf 1840 werden er meer naaldbomen geplant. Naast landschap en natuur heeft het gebied ook een lange geschiedenis van gebruik en landsgrenzen.
Bij een rustpunt langs de bahn en op het hoogste punt van 571 m drinken we wat water en raken in gesprek met een ouder stel uit de buurt van Antwerpen die ook met de fiets op stap zijn. Hij vertelt over zijn fietservaringen van na de oorlog toen hij met een drieversnellingsfiets naar Normandië reed en door Parijs kwam. Ook later had hij, vaak alleen tochten naar Compostella en Lourdes gemaakt. Als ik hem vraag wat hem er zo in aantrok vertelde hij dat hij een soort opmerkzaamheid krijgt van het fietsen. Je neemt alles dubbel en krachtig in je op als je zo op weg bent. De natuur, de ontmoetingen. Zeker herkenbaar. Wat hem de afgelopen coronaperiode in de EIfel was opgevallen dat veel jongeren weer de fiets pakken om op vakantie te gaan, nadat het een hele periode niet zo was. We lunchen in Amel bij een VVVkantoor. Op het terras is het deze zondag druk met mensen en we gaan binnen zitten waar een groepje mannen zit te kaarten. We kunnen bij het VVV een kaart en achtergrondinformatie over het natuurgebied krijgen voor het overzicht en de achtergrond. Na zo'n 60 km is het tijd voor siesta.


We stoppen bij een mariakappelletje waar C. opnieuw een dutje doet en ik probeer wat - niet erg heilig - op de bank voor de kapel mijn ogen dicht te doen. Ik moet nog siesta leren houden, het adrenaline niveau is nog te hoog, ofwel ik ben nog niet helemaal in de vakantiemodus.
Dan verlaten we de vennbahnroute en stappen over op de Ardennen-Eifel radweg die ons in het Prümtal zal brengen. Ook dit fietspad gaat over een oud treintracee en volgt een aantal mooie dalen in het groen, waaronder dat van de Ihrenbach en dan duiken we een lange tunnel in onder de Winterscheider Berg. Voor de tunnel voelen we al de frisse lucht en eerlijk gezegd had ik wel mijn stoeltje uit willen pakken om hier een tijdje te zitten en af te koelen. Het is echter al wat later en we besluiten naar de camping in Bleialf te gaan. De benen zijn moe en de volgende camping is nog 20 km. We klimmen omhoog het dorp in en zien aan de linkerkant een melkautomaat. Nieuwsgierig gooien we twee euro in het ding en krijgen in onze extra waterfles twee keer een liter melk. De eerste liter drinken we op en de tweede nemen we mee naar de camping.
Daar zit niemand op de receptie en we moeten bellen. De beheerster komt snel met een golfkarretje aanrijden en schrijft ons in. We krijgen een mooi groen plekje en krijgen hulp van de buren bij het aansluiten van de oplader. Dan zien we een groepje Nederlandse ouders en kinderen uit het zwembad komen en het blijkt dat deze nog tot zes uur open is en bij de camping hoort. Snel kleden we ons om en zwemmen een tijdje om al het zweet en de  vermoeidheid van ons af te spoelen. We koken een simpel potje en gebruiken de melk om er met muesli een lekker toetje van te maken.
We hebben vandaag bijna 80 km gefietst en voelen onze benen. We zaten 4 u en 7min op de fiets en reden gemiddeld 18,7 km per uur. We eindigen op de camping op 450 m.


Bleialf- Trier 108 km

We zitten op de toppen midden het Hoge venen gebied. Toch is de camping niet heel bijzonder en lokt de volgende etappe. Vraag is of Trier haalbaar is, dan kunnen we daar een rustdag houden. Gelukkig zijn er onderweg voldoende campings. Het blijft warm, boven 30 graden. We besluiten opnieuw vroeg op te staan en te zien hoe de dag verloopt. Rond 7.45 uur rijden we de camping af en klimmen naar het centrum van het dorp, langs de melkautomaat en staan dan weer op het kruispunt waar we gister besloten te stoppen. Het is lekker fris en we eigenlijk meteen duiken we het dal in. Een mooi fietspad over een oude spoorbaan. Een flinke afdaling volgt. (Hadden we dat geweten!) Onderweg zie ik een haas wegspringen en een ree in het bos. De zon komt net op en schijnt laag door de bomen. De weg kronkelt door een bos en langs een weiland. We passeren Habscheider muhle en stoppen deze felle afdaling pas in Pronsfeld op het oude treinstation.
Een pleintje aan het begin van het dorp met een aantal locomotieven op een niet meer in gebruik zijnd spoorstation. We houden even pauze en maken foto's. Op een kaart is goed te zien hoe hier vroeger de treinbaantjes liepen en waar nu de fietspaden lopen. In Pronsfeld komen we in het dal van de Prüm, een van de grotere dalen van de Eifel. We dalen verder en rijden dan weer links en dan weer rechts van de rivier om uit te komen bij het plaatsje Waxweiler waar we dagboodschappen doen. Iets lekkers bij de koffie, karnemelk en andere dingen als brood en beleg. Dan  doet de route iets merkwaardigs. Het dal wordt verlaten en we klimmen behoorlijk steil naar de top ten noordwesten van het dorp van 343 m naar 498 m in een kleine 4-5 km.

Pittig, maar we worden beloond met een groots uitzicht en reden om bij een bankje koffie te zetten en van het uitzicht te genieten. De dag was al mooi met de afdaling, maar ze wordt nog mooier. Na de koffie stijgen we nog even verder en dalen dan lang af weer terug het dal in en we rijden daarna bij Plütscheid weer ophoog waardoor we een goed uitzicht hebben op een veld met zonnepanelen en het dal ten zuiden van ons. We pakken daarna de asfaltweg waar het gelukkig rustig is en we afdalen naar de stausee Bitburg. Vervolgens volgen we de loop van de Prüm nauwgezet met stukjes door het bos, langs het weiland, door stadjes zoals Prumzurlay, Irrel en Menningen.Onderweg zien we een waarschuwingsbord tegen aanvallen van een Buizerd. Geen lekker idee, maar de vraag is of dit niet slaat op het voorjaar als de Buizerd een nest heeft en een gemeenteambtenaar vergeten is het plakkaat weg te halen.



Bij Menden gaan we de brug over en zijn op dat moment in Luxemburg. De rivier die we volgen is de Sauer. Hier treffen we een park met bomen en mensen die in de rivier zwemmen.






Een mooie plek voor een siësta. We lezen, zwemmen en doen een dutje. Rond een uur of vijf volgen we de route langs en vooral langs de autoweg (niet heel creatief) en rijden bij Wasserbillig tegen de pont over de Moezel aan.










Het is dan nog ruim 20 km naar de camping in Trier. Gelukkig langs een eigen fietspad langs de rivier. We passeren in Konz de camping waar ik 10 jaar geleden stond zoeken een winkel en daarna de camping op. De stadscamping Treviris is zeer verzorgd en heeft een groot trekkersveld. De campers staan op een ander terrein buiten de camping. Hier gelden strenge coronaregels voor de toiletgebouwen, waar redelijk goed aan vastgehouden wordt. Het is wel opletten geblazen dat je steeds een mondkapje bij je moet hebben. Tegelijkertijd:  douchen of tanden poetsen met een mondkapje op gaat lastig. Het gaat vooral om bij het afwassen en in en uit lopen van de ruimtes anderen niet te besmetten of besmet te worden. We hebben allebij een elektronische sleutel gekregen met daar op een euro aan waarde. Dit is voor de douche. Omdat het warm is lukt het douchen prima door je nat te maken en de douche uit te zetten en daarna af te spoelen. Zo besparen we water en blijven we binnen het budget.
Natte tent op trekkersveld Trier. 

Dit is een zware dag geweest met 990 m stijgen en 1319 m dalen. We hebben 112 km gereden en hebben in totaal 6 uur 41 min op de fiets gezeten met een gemiddelde van 16,8 km per uur volgens mijn gsm.

Rustdag Trier



De tent staat niet helemaal in de schaduw, maar we worden niet gewekt door de hitte van de zon. Wel door ons eigen nieuw aangeleerde patroon van vroeg op en vroeg er in.
We lummelen tot een uur of elf met ontbijt, koffie, was en praatjes maken met de buren. Dan pakken we de fiets en zoeken de stad op. We snuffelen wat in een buitensportwinkel, kijken op het centrale plein, lopen de katholieke kerk in en dan is het tijd voor een lunch in de schaduw. Het is gewoon te warm om uitgebreid de stad te bekijken. Na wat boodschappen gedaan te hebben gaan we weer terug naar de camping voor een dutje, wat lezen en kletsen. Kortom nietsnutten.
Onze buurman is alleen met auto en klein tentje. Hij heeft twee fietsen bij zich. Een toerfiets en een race. Hij komt uit Hamburg en ik probeer een praatje met hem te maken en iets te weten te komen over zijn achtergronden, maar hij is erg zwijgzaam en voorzichtig. Hij zal vast denken: Wat een vrije rare Hollander. Doordat het tijdens het eten gaat regenen schuilen anderen met ons in de overdekte ruimte naast onze tent. Een jong Nederlands stel is met de racefiets vertrokken uit Maastricht. Hij zit op een racefietsgroep en ze zijn ambitieus als het gaat om afstanden en nemen van hellingen. Toch was het haar niet helemaal goed bekomen en moest de dag er voor overgeven van de inspanning en de hitte. Ook praten we met een stel dat C. al had gesproken in Roetgen en dat we nu weer ontmoeten. We blijken veel raakvlakken te hebben naast het fietsen. Schaatsen, muziek, duurzaamheid. Ze zijn erg bezig met oosterse spirituele technieken en levensstijl. Zij eet weinig tot niets behalve dat ze sap drinkt en beleeft haar lichaam en geest daardoor helderder. Hij worstelt met dan wat misschien goed is, maar kan zich er toch moeilijk aan houden. Zo komt hij in de ochtend moeilijk zijn bed uit terwijl hij weet dat het een warme dag wordt. Mooi zo'n kijkje in de levensverhalen van mensen.

Trier-Wolf 92,6 km

Anders dan de Prüm is de Moezel een brede langzaam stromende rivier die behoorlijk kronkelt in een brede vallei met dorpjes en wijnvelden. Soms rijden we op kleine paden langs de wijnstruiken, maar vaker langs de autoweg die ook door het dal moet. Nog een dag Trier lijkt ons niets dus trekken we verder op weg naar het noordoosten. Omdat het weinig klimmen is verwacht ik dat we redelijk door kunnen rijden. De warmte is er nog steeds, dus we staan vroeg op en rijden rond 8 uur de camping af. We starten aan de kant van de start, maar zullen in de loop van de dag een paar keer van oever wisselen. Om uit de stad moeten we langs een spoorterrein en een industriegebied en maken zo wat onnodige meters, maar uiteindelijk komen we meer in de natuur terecht. We fietsen tegelijk op met twee mannen die we dan weer passeren en door wie we dan weer worden ingehaald. We rijden zo'n 30 km voor we koffiepauze nemen in de schaduw bij een picknickbank aan de overkant van het dorpje Polich.
We rijden verder voor een volgend deel omdat we voelen dat het een hete dag wordt. Het wordt drukker op het fietspad. De Moezel is populair bij toeristen en we horen ook veel Nederlands. We zijn sterker aan worden en rijden tussen de 20-24 km en dat gaat soms wel eens mis als een groep fietsers het hele fietspad in beslag nemen en niet luisteren naar ons bellen. In Neumagen doen we dagboodschappen. In Brauneberg lunchen we en bekijken we welke camping we kunnen halen. Op internet vinden we een beschrijving van camping Paradies-Camp Krov. waar een zwembad zou zijn. Een camping met zwembad met de naam Paradijs is vandaag aantrekkelijk dus we rijden verder en houden niet echt siësta. Bij Kinheim gaan we van de route af en rijden naar de camping. De eigenaar leidt ons rond. Er is geen plek met schaduw beschikbaar en op het terrein is geen zwembad. Deze ligt naast de camping en voor een bezoek moet je via internet een tijdslot reserveren. We besluiten door te fietsen en gaan boodschappen doen in de Rewe iets verder op de helling. Als we daar aankomen blijkt dat deze verbouwd wordt en daarom gesloten. Opnieuw een oefening in flexibiliteit. De mevrouw van de bakker naast de winkel legt uit dat er in het dorp een andere supermarkt is en nadat we daar boodschappen gedaan hebben ontdekken we dat er aan de andere kant  van de Moezel, vier kilometer verder, ook een camping ligt.
Als we ons melden bij het cafeetje (mondkapje moet op) komen we terecht in het regime van de beheerster. Ik wil betalen en geef aan dat we stroom nodig hebben. Ze neemt onmiddellijk de leiding en wijst ons een plek tegenover het café aan de oever van de rivier en zegt dat we eerst de tent op moeten zetten omdat het gaat regenen. En zo gaat het de hele tijd door. Ik meld me met fiets voor een stroomkast en daarna apart om af te rekenen en douchemuntjes te kopen. Lastig zo'n mevrouw die graag aan het stuur zit, dan wel een persoonlijkheidsstoornis heeft. Na het douchen en eten sluit het café zich en realiseren we ons dat de fiets nog vast zich aan de  stroomkast die op slot zit. Als we de fiets niet ophalen, moeten we wachten tot de volgende morgen 8 uur als de  camping weer open gaat en kunnen we niet vroeger weg. C. gaat snel naar de beheerster die al in de auto zit om weg te rijden.
Met veel gedoe en onder protest gaat ze alsnog naar de stroomkast om onze spullen los te maken. C. is nog een tijdje ontdaan van de manier waarop ze behandeld wordt.
We hebben tijd om een wandeling door het dorpje Wolf te maken. Veel vakwerkhuizen aan kleine straatjes, een kerk en een aantal pensions en hotels. Toch is het vrij rustig en zijn de terrassen leeg. Terug op de camping wisselen we ervaringen uit met een man uit Düsseldorf die net als ons vandaag van de camping in Trier is vertrokken.
We hebben vandaag 4.55 u gefietst en reden gemiddeld 18,7 km. We hebben 350 m gestegen en gedaald.

Wolf- Winningen 103 km

Vanwege de warmte, maar ook om de campingbeheerder te ontlopen zorgen we dat we om 7.45 uur de camping af fietsen. We fietsen vandaag  veel langs de autoweg, wat het fietsen niet echt aantrekkelijk maakt. Liever wat meer klimmen en afwisseling dan saai over een fietspad naast asfalt fietsen. We rijden lekker door en bij het dorpje Reil volgen we het moezelbordje en gaan de brug over, maar zo rijden we weer terug naar Trier. Het blijkt dat er twee varianten van de moezelroute bestaan. Kortom beter opletten en ook vertrouwen op mijn eigen track. Winst van deze actie is dat we een bakker/supermarkt treffen waar we dagboodschappen doen inclusief twee gebakjes voor bij de koffie. Iets boven Alf drinken we koffie in een park en daarna fietsen we door op zoek naar een siestaplek.
We hebben een probleem met de schijfrem van de fiets van C. die versleten is en niet gebruikt kan worden omdat dan de schijf beschadigd raakt. In Cochem doen we boodschappen. Hier veel toeristen en boat en bike mensen op het fietspad. Ook veel toeristenboten op de rivier. Het duurt even voor we een goede schaduwplek op afstand van de autoweg vinden. We vinden dit in Pommern waar een klein parkje met bomen aan de rivieroever is. Hier verblijven we, met nog veel meer fietsers en dorpbewoners, een paar uur. Er is nu wat meer vakantie gevoel en het lukt om een tijdje te slapen.
Het mogelijke doel van de dag is een camping op een eiland in de rivier bij het dorpje Winningen.
We volgen grotendeels het fietspad langs de autoweg, maar op het laatste stuk gaat de route achter de treinrails en door een dorpje met een mooi dorpsplein. Aan het begin van de camping staat een receptiehuisje waar we inschrijven en afrekenen.
We kunnen zelf op deze inmense camping een plekje zoeken. Veel campers en caravans en de mooie schaduwplekken zijn al bezet en we willen niet te ver van het toiletgebouw afzitten. Kortom het kost even voor we een tevredenstellend plekje vinden. Onze medefietser van de vorige camping is ook gearriveerd en heeft zijn tentje vlakbij het restaurant gezet. We hebben vandaag genoeg gedaan en gaan slapen als het donker begint te worden rond 21.30 u.
We rijden vandaag 5,43 u en gemiddeld 18,5 km per uur en zijn verder afgedaald naar  80 m hoogte.



Winningen-Ahrweiler 75 km

We zitten 10 km van Koblenz af en vandaag is het zaak een fietsenmaker te vinden die de kapotte remschijf kan repareren. We vinden snel het centrum en passeren een XL fietsenwinkel waar we informeren naar de mogelijkheden. De wachtlijst is echter 3 weken en ze willen wel gereedschap geven en kunnen dan buiten de fiets zelf repareren.



We gaan toch nog bij een andere fietsenmaker vragen die eveneens drie weken wachttijd heeft, maar de knecht gaat het toch even bij zijn baas vragen. Het resultaat is dat we de bagage in een schuur neer leggen en over twee uur terug moeten komen. We gaan koffie drinken met iets lekkers en C. gaat wat shoppen terwijl ik wat lees en het reisverslag bijwerk. Na twee uur melden we ons weer en krijgen we te horen dat we op het nippertje waren met de rem. De remschoenen zijn vervangen en verder niets. De kosten aanvaardbaar en als we de fietstassen ophalen in het schuurtje geven we de monteur een extra fooi voor zijn hulp.
Inmiddels hebben we besloten om de fietsroute kleiner te maken dan eerder gepland. Het idee was om vanuit Koblenz het Lahntal te volgen en dan naar Winterberg te klimmen en vervolgens af te dalen naar Duisburg via de Ruhr. De reden is het aantal kilometers en de warmte. We hebben al weer genoeg stad gezien en volgen de Rijnoever naar het noorden. Het plan is nu om via het Ahrdal terug naar de Groene Route richting Blankenheim en Roermond te rijden. Ik verheug met op de beklimming via het Ahrdal die ik een aantal jaar daarvoor al afgedaald was. Een klein dal met mooie fietspaden en kleine dorpjes.









We volgen na een lunch de Rijnroute naar Remagen en bij Sinzig slaan we linksaf op zoek naar de camping in Ahrweiler. Het laatste stuk is een mooie groene fietsroute langs de rivier, maar het is ook een toeristisch centrum rondom een thermen. De receptie op de camping is al gesloten en we vragen mensen wat de te doen. De beheerster ziet vanuit haar kamer op de eerste verdieping de onrust en gebaard dat we onze tent op het trekkersveld kunnen zetten, dat de code van het toiletgebouw 4456 is en dat we morgen kunnen afrekenen.


Het is een leuke kleine camping die helemaal vol staat met campers. Op het einde is het trekkersveldje met een groep dertigers, een verslaafde oude man in een versleten tentje en twee Belgische trekkers die vanuit Blankenheim zijn komen wandelen. Na al het geregel van vandaag hebben we behoefte aan rust, een douche en lekker eten. Het toiletgebouw is net en goed georganiseerd, want ik wordt onmiddelijk aangesproken als ik zonder mondkapje het gebouw binnenloop. De belgische mannen hebben een lichtgewicht tafeltje bij zich en we praten over hun wandeltocht, het gewicht dat ze bij zich hebben en hun ervaringen met bergwandelen.
We zijn 4 u onderweg geweest met een gemiddelde van 16.6 km. Inmiddels zijn we weer een beetje geklommen naar 98 m.

Ahrweiler-Ahrdorf 48,2 km

De receptie is pas om 10 uur open en dat maakt dat we pas weer laat op pad zijn. Ook wel goed na drie intensieve fietsdagen. Het is zaterdag dus we moeten boodschappen doen voor twee dagen, maar we zijn ook op weg naar Blankenheim dat op 500 m hoogte ligt. We gaan het zien en rijden rustig omhoog. Het Ahrdal is heel groen en kleinschalig en er is een goed apart fietspad gemaakt om toeristen aan te trekken.






We rijden tussen wijnvelden en passeren een oud-klooster en ondertussen klimmen we langzaam omhoog. Als we op een hoek stilstaan en een foto maken van de wand met wijnstruiken worden we aangesproken door de bewoonster van het huis die vraagt of wij wat willen vragen(!) Zo ontstaat een gesprek met haar en haar man over dat ze uit de stad komen en met plezier wonen op deze plek en dat er Oehoes nestelen in de heuvel.







Na de boodschappen houden we koffiepauze bij een prachtige oude stenen brug. Het is alleen jammer dat de houten tafel helemaal vol met kleine beestjes zit die ook snel op onze armen en benen zitten. Ze prikken niet maar het zit niet lekker.








Daarom pakken we alles weer snel in en gaan verder. Naast de boodschappen zijn we ook nog op zoek naar een gastankje omdat die we bij ons hebben bijna leeg is. Maar naarmate we hoger komen zijn er geen bouwmarkten of tuincentra meer te vinden. Bij Antweiler lunchen we wat en kijken dan naar de campings die we kunnen kiezen. We kiezen voor de tweede camping onder de werkelijke klim naar Blankenheim. Het blijkt een positieve en een negatieve keuze.





De beheerder heeft campinggas in zijn winkel te hebben, maar de camping als geheel is erg verlaten en er staan veel verwaarloosde caravans en huisjes. Ook het toiletgebouw is uit de jaren 70. Ook weer een ervaring. Omdat we zo vroeg zijn staat de tent als het begint te regenen. We kunnen in een overdekte ruimte zitten en de bui afwachten.









Na het eten maken we een ronde over de camping en vragen menen die er nog wel zijn waarom het zo rustig is. Ook hier geldt dat het seizoen voorbij is. We maken wat foto's van wat we  zien aan versiering en attributen.
We rijden vandaag maar 3 uur met een gemiddelde van 15.5 km. Zo klimmen we tot 339 m hoogte.

Ahrdorf-Nideggen 80,4 km


Deze camping is een plek om snel te vergeten en we rijden deze zondag vroeg we met een natte tent. Het stuk dat volgt is de Eifel op z'n mooist. We blijven het oude treinspoor zo veel mogelijk volgen en klimmen in 15 kilometer van 350 naar 550 m. in Blankenheimerdorf. Het is nog vroeg en we genieten van de koelte van het bos en de uitzichten over de verschillende dalen. Het is nog rustig op het fietspad. Als we Blankenheim binnen rijden verwacht ik terrasjes en een bakker, maar alleen de VVV is open. Daar krijgen we een overzichtskaart en een folder met fietsroutes en campings. In Blankenherdorf is de bakker net gesloten (9.30 u) Hier eindigt de route van het Ahrdal en stappen we over op de track van GroeneWeg route (Eifelvariant). Langs het spoor rijden we naar Nettersheim waar we bij een bakker boodschappen doen voor de koffie en iets buiten dit dorp aan de rand van het bos met uitzicht over een weiland en heuvels drinken we koffie met wat lekkers er bij. Hoewel niet overdadig komen er wel fietsers en hardlopers voorbij.

Ik heb hier 10 jaar geleden ook gefietst (via de andere kant) maar kan er niets meer van herinneren. Bij Urft worden we aangesproken door een mevrouw die zegt dat we haar moeten volgen als we naar Kall willen rijden. Ze weet een paadje die onze eigen route afsnijdt en omdat ze elektrisch rijdt schieten we snel op terwijl we de rivier de Urft volgen.




In Kall praten we even over haar nieuwe fiets (middenmotor, Roloff naaf, ketting) en het plezier dat ze er van heeft. Wij rijden door naar Gemund en iets verder bij Malsbenden komen we in het diep uitgesneden dal van de Urft. Het is een natuurgebied en er zijn veel groepen mensen die hier fietsen en wandelen. Het is immers zondag.  En zo komen we bij de brug naar het Vogelsang internatonal centre en de Rur Stausee.







Het blijkt een fietspad waar je op zondag beter niet kunt zijn. Veel te veel mensen. We zitten ingesloten en moeten dit stuk afmaken tot de stuwdam van Heimbach waar we pas van de toeristen verlost zijn. Daar lunchen we ook Inmiddels zitten we op de Rurfietsroute naar Roermond. Als we daar morgen aan willen komen dan moeten we nog een stukje het dal in rijden om morgen een aanvaardbare afstand te hebben. We vinden bij Abenden, een dorpje bij Nideggen een camping waar plek is. En we kunnen aan de rivier staan. De beheerder is nog al precies. Hij schrijft de meterstand van de stroomaansluiting op en we krijgen een sleutel van het toiletgebouw waar we borg voor moeten betalen. Ook is hij pas om 8.15 u de volgende dag aanwezig om alles af te rekenen. We moeten het er mee doen. We hebben een mooi plekje op een rustige camping op een groen grasveld. Ik koop een biertje bij het café van de camping en kook wat eten. Net als we willen gaan eten komt er een oudere fietser bij ons staan die zijn tent op zet. We raken in gesprek en hij vertelt dat hij 79 jaar is en vandaag 100 km heeft gereden. (geen elektrische fiets).
Hij komt uit Dusseldorf en heeft dit jaar in Denemarkten gefietst, maar hij kent Nederland ook goed. Hij is fan van Friesland en het eiland Schiermonnikoog. Over ons gevecht met de toeristen bij het stuwmeer vandaag is hij laconiek. Daar moet je op zondag gewoon niet wezen. Op de andere dagen is het rustig.
We rijden zo'n 5 uur met een gemiddelde van 15,8 km. We stijgen naar maximaal 562 m hoogte. We stijgen in totaal 667 m en dalen 807 m.

Nideggen-Swalmen 105 km


C. gaat, als we rond acht uur alles hebben afgebroken en opgeladen naar het restaurant om alles af te rekenen. De man van gister is niet aanwezig en ze moet 0,40 euro betalen voor de elektriciteit. De route die volgt gaat langs de rivier en om ons heen is er nog een heuvelig landschap dat langzamerhand vlakker wordt.  We komen door Bruck. Bij Overmaubach rijden we over de camping waar ik ooit een nacht sliep, maar we worden door drie vrouwen aangehouden die uitleggen dat de brug kapot is en dat we via de hoofdweg moeten omrijden. De vrouwen hebben veel plezier omdat ze vinden dat mannen vaak zitten te soezen en niet goed opletten. Het klopt dat ik veranderde bordjes niet gezien heb.  In Krezau doen we 'koffieboodschappen'en bij Düren drinken bij een stroming in de rivier koffie. Langzamerhand zijn de heuvels verdwenen en rijden we in een meer Nederlands landschap. Het is minder warm dan de afgelopen dagen, maar we maken veel kilometers en proberen een goede rustplek te vinden waar we ook kunnen slapen. De eerste plek is vol van mieren en wespen en de tweede plek bij een bankje is ook niet erg aantrekkelijk zodat we toch na een half uur verder rijden. Rond een uur of vijf rijden we Vlodrop binnen en besluiten we om niet helemaal de Roer te volgen tot het centrum van Roermond te volgen maar naar de natuurcamping in het noord-oosten van de stad te rijden.

Met de routeplanner van de gps kunnen we deze snel vinden nadat we wat boodschappen gedaan hebben in Herkenbosch. De camping is een verademing als het gaat om geld, stroom en toiletgebouw. We staan op een veldje met veel fietsers en Pieterpad wandelaars. Ook kletsen we wat met een gescheiden Marokkaanse vrouw met drie dochters tussen 9-14 jaar die er met een tent staat.
We hebben vandaag bijna 6 uur op de fiets gezeten met een gemiddelde van 17.8 km per uur. En we zijn afgedaald van 180 m naar 18 m hoogte.

Swalmen-Afferden 83,2 km

We willen vandaag een flinke ruk maken richting Arnhem, maar we hebben geen track op de Garmin en gebruiken daarom de knooppunten. We beseffen dat we daarmee meer toeristisch dan snel door het landschap gaan. We beginnen met het zoeken naar een knooppuntenbord en schrijven een serie nummers op om niet te veel tijd te verliezen. We rijden langs de Maas en steken bij Kessel met de pont over. Daar zoeken we de bakker en rijden op de rechteroever richting Venlo waar we bij Blerick koffiedrinken. Dan stappen we over naar de rechteroever en rijden door Venlo en het tuinbouwgebied boven Venlo verder naar het noorden. We komen door Arcen, Nieuw Bergen. Het is het gebied van de Maasduinen, maar zo dicht bij de Duitse grens ben ik nooit geweest. Er is opvallend veel natuurgebied. We hebben ons vergist in de afstand en zitten al op ruim 70 km als we besluiten een camping te zoeken. De natuurcamping van Staatsbosbeheer is wel dichtbij, maar vanwege Corona is het trekkersveld dicht. De volgende optie is minicamping Turnery. We doen boodschappen bij de buurtsupermarkt van Afferden en zoeken de camping die helemaal in het natuurgebied ligt. We schrijven ons in en komen op een ietwat vervallen campingterrein.
De buurvrouw naast ons plekje legt uit dat de vader van de vrouw die nu het beheer doet de camping is gestart, maar nu niet meer in staat is om alles bij te houden. De dochter wil er een nieuwe bestemming aan geven. (Restaurant met eigen groentetuin, dagbesteding) Nu kan er nog gekampeerd worden, maar het allemaal niet meer up tot date. De

elektriciteit is door een blikseminslag voor een deel uitgevallen. Gelukkig kunnen we nog wel de fiets op laden. We zetten onze tent op, douchen en maken ons eten. In de avond kletsen we met de mensen om ons heen. Er zijn opvallend veel jonge mensen die het Pieterpad lopen.
We hebben 4 u 46 op de fiets gezeten en gemiddeld 17,4 km per uur gereden. 

Afferden-Arnhem 53 km

We hebben vandaag niet veel haast omdat het nog zo'n 50 km naar Arnhem is. We rijden de camping af en zoeken de Maas weer op. We rijden door Gennep en Milsbeek om dan tegen de stuwwal van Nijmegen op te rijden. Ik moet flink klimmen en stijg weer zo'n 40 m. Boven op de klim drinken we bij een bank koffie.
Een paar vriendinnen zijn teleurgesteld dat we 'hun bank' hebben ingepikt.  We hebben een prachtig uitzicht over een dal. Na koffie rijden we door de bossen tussen Groesbeek en Nijmegen naar het noorden en de brug over de Waal bij Lent. Daar lukt het niet goed een mooi fietspad naar Arnhem te vinden. Later hoor ik dat er tegenwoordig een fietssnelweg ligt, maar die hebben we niet gevonden.


We volgende de grote wegen en zijn rond 13 u in het centrum van Arnhem en nemen de tijd voor een lunch op het plein bij de Eusebiuskerk. Daarna doen we boodschappen en melden ons bij de Warnsborn waarbij ik even schrik omdat er op een bordje staat dat de camping vol is. Gelukkig niet  voor trekkers en op dat veld is er plek genoeg. We willen een dag rust houden en dan naar huis vertrekken. Het is mooi geweest.










De volgende dag doen we rustig aan en C. wil wat winkels langs. Ikzelf ga wat lezen en werken aan dit verslag. En dan weer naar de camping. Naast ons op de camping staat een Geestelijk verzorgster die op de fiets vanuit Utrecht is gekomen. Ze is alleen en wil uitrusten en afstand nemen. We hebben een leuk gesprek over werken in de wijk, hoe het is om met ouderen te werken en of je altijd bereikbaar moet  zijn.
's Avonds maken we nog een wandeling over het landgoed en registreren onze fietsen op de site van de NS. We kiezen een tijd wanneer het nog niet te druk is met f ietsen in de trein. En dan terug met veel indrukken.