Verslag fietstocht Haarlem Bergen op Zoom, Breda
Dag 1. 10 Augustus.
Haarlem Dordrecht.
Afstand: 130
km
Gem: 22,1
Tijd: 5,55 u
Ik vertrek om 8.45 uur. Ik weet dat het eerste stuk bekende
koek is, maar ik heb geen zin om veel uit te geven aan een treinkaartje voor de
fiets. Via Vijfhuizen en de geniedijk door de Haarlemmermeer kom ik snel bij Rijssenhout
en heb uitzicht over de Westeinder plassen Ik rust even uit en probeer met mijn
nieuwe mobiel het maken van foto’s uit. Ik sta voor de keuze waar ik de route
zal oppikken.Bij Leimuiden sta ik voor stoplicht en kies toch voor Bilderdam
waar de LF 2 langs komt. Ik maak een paar foto’s van het prachtige
veenriviertje dat hier loopt. Het begint al warm te worden. Er zijn veel mensen
op de fiets. De route loopt anders dan op de kaart. Ik ga via het centrum van
Langeraar over een fietspad dat tussen de meren loopt naar Papenveer, Korteraar
en vlak voor de splitsing van de route zie ik een groot gemaal dat water uit de polder omhoog pompt naar de ringdijk.De afstand die overbrugt moet worden is 5,90 m .
Deze polder is ook
bekend van de vier gangen molens bij Aarlanderveen. Ik drink een kopje koffie
bij een buitengebied van Alphen en maak een praatje met buurtbewoners die
enthousiast vertellen over de natuur en de mogelijkheden om er te wandelen. Dan
door het centrum van Alphen en dan verdwaal ik. Een mevrouw vraagt of ze me kan
helpen. Ze heeft verstand van fietsroutes en wijst me de goede weg. Dan duik ik
opnieuw de polder in bij Hazerswoude. Ik rijdt tussen Zoetermeer en Boskoop
door en doe boodschappen in Moerkapelle. Wat brood en drinkyochurt. Dan verder
via de rivier de Rotte en de langs de Rottemeren richting Rotterdam. Ik raak de
route kwijt, maar veronderstel dat ik deze
later wel weer zal vinden. Ik rij achter een racefietser met een lekkere snelheid. Ook al is er niet veel wind is het toch lekker om een beetje mee te liften met de snelheid van een ander. Ik ben hier nog nooit geweest en het is leuk om langs een rivier een stad binnen te rijden. Je merkt dan nog niet zo veel van de bebouwing, stoplichten en verkeer. Ik vraag een man die aan de Rotte woont om een bidon water en we maken een praatje. Dan vlak na de Bergsche plas eet ik in een park een broodje en rij de stad binnen.
later wel weer zal vinden. Ik rij achter een racefietser met een lekkere snelheid. Ook al is er niet veel wind is het toch lekker om een beetje mee te liften met de snelheid van een ander. Ik ben hier nog nooit geweest en het is leuk om langs een rivier een stad binnen te rijden. Je merkt dan nog niet zo veel van de bebouwing, stoplichten en verkeer. Ik vraag een man die aan de Rotte woont om een bidon water en we maken een praatje. Dan vlak na de Bergsche plas eet ik in een park een broodje en rij de stad binnen.
Rotterdam bij het station ligt nog steeds plat. Opnieuw
worden er nieuwe grote kantorenflats gebouwd. Ik maak wat foto’s. De route
loopt langs de noord oever van de nieuwe Maas. Jammer dan ik niet over de
Erasmusbrug rij. Het wordt de van Brienenoordbrug. Ondertussen zo fietsend, heb
je wel een prachtig uitzicht over de stad en de rivier. Ik probeer met mijn
fiets vol bagage een racefietser die ook de brug op rijdt bij te houden of in
te halen. Een domme onbezonnen actie, want ik raak behoorlijk achter adem. Dan
houdt ook hij in en in de afdaling ben ik veel zwaarder en ga dan ook harder en
rijdt ik hem voorbij. Ik projecteer dat
hij dat heel vervelend vindt.
Dan kom ik in een stadwijk met mooie oude gebouwen en
vervolg mijn weg naar het oosten langs de zuidoever. Bij Ridderkerk ga ik met
de pont over naar Kinderdijk. Ik kijk mijn ogen uit, want er blijkt een heel
netwerk van ponten en riviertaxies te zijn. Je kunt er gewoon met je OV-kaart
betalen. Vooral de grote veerboot Dordrecht-Rotterdam maakt indruk. Bij
kinderdijk is het druk met toeristen. Ik ben er ooit geweest tijdens een
schaastocht
in de Alblasserwaard, maar verder ken ik de plek van de foto’s en mijn studie naar het veenlandschap. Voorbij Kinderdijk rijd ik langs Alblasserdam en het watertje Alblas. De route gaat veel meer naar het oosten dan ik op de kaart zie. Via Oosteind en de rivierdijk kom ik bij de veerboot van Papendrecht die me naar Dordrecht zal brengen.
in de Alblasserwaard, maar verder ken ik de plek van de foto’s en mijn studie naar het veenlandschap. Voorbij Kinderdijk rijd ik langs Alblasserdam en het watertje Alblas. De route gaat veel meer naar het oosten dan ik op de kaart zie. Via Oosteind en de rivierdijk kom ik bij de veerboot van Papendrecht die me naar Dordrecht zal brengen.
Dordrecht is een mooie oude stad en nog niet erg volgebouwd met winkels. Vooral de haventjes zijn mooi. Ik drink een biertje op een plein en probeer met mijn mobiel een foto te maken en te versturen.
Ook probeer ik met het ding een route te bepalen naar het
Nivonhuis. Ik heb wel enigszins een idee van de kaart en de richting en vind
een knooppuntenbord. Net als ik daar weg wil rijden komen er twee mensen die op
de camping staan vlak bij het nivonhuis. Ze bevestigen mijn vermoedens en
herinneren me er aan dat ik nog boodschappen moet doen.
Het heb wat basisboodschappen bij me en koop wat kip en
groente voor een kip tandoori schotel.
Vanuit het winkelcentrum is het twee minuten naar de kade en
ik zie het NIVON huis aan de overkant liggen. Ik bel en vraag aan de
gastvrouw hoe ik aan de overkant kom. Ze legt uit dan haar man me met een bootje komt halen en of ik de tassen van de fiets wil halen. Deze gaat die nacht in een container.
gastvrouw hoe ik aan de overkant kom. Ze legt uit dan haar man me met een bootje komt halen en of ik de tassen van de fiets wil halen. Deze gaat die nacht in een container.
10 minuten later komt er een bootje met gasten aan die op
het vaste land iets moeten en ik vaar met nog iemand naar de camping. Daar gaat
alles op z’n Nivons. Ik moet maar een plekje zoeken en het afrekenen komt later
wel. Het is inmiddels 19.15u en ik ben moe en heb honger. Ik zet de tent op en
douche me. Dan krijg ik van een jonge vrouw de vraag of ik het restant rijst
wil gebruiken voor mijn maaltijd. Dat is geen probleem. Na de maaltijd
afwassen, betalen en een gesprekje met de beheerder over het effect van moeten
overvaren om bij je slaapplaats te komen. Dan komt er een jongen naar me toe
die vertelt
dat er een kampvuur is vanavond. Ik ga en we zitten tot 23.30 u te kletsen. Er wordt een rondje gemaakt wat iedereen doet. Niet gemakkelijk dat je theoloog zonder werk bent.
dat er een kampvuur is vanavond. Ik ga en we zitten tot 23.30 u te kletsen. Er wordt een rondje gemaakt wat iedereen doet. Niet gemakkelijk dat je theoloog zonder werk bent.
De andere mensen zijn mensen met jonge kinderen. Hun
achtergrond: industrieel ontwerper, communicatiebeheerder, software maken en
centraal inkoper. Wat een andere wereld.
De industrieel ontwerper en zijn vrouw hebben vorig jaar met
hun kinderen van 2-3 jaar een fietstocht naar Rome gemaakt. Nu valt de
combinatie kinderen en fietsen minder makkelijk omdat de kinderen meer in
opstand komen tegen het vele zitten. Ik heb vooral met de vrouw wel een aardig
contact en praat met haar over hoe wij dat gedaan hebben met onze kinderen.
O.a. over nivon trefkampen verteld.
De eerste nacht in het nieuwe tentje. Het is wennen met de
spullen. Ik gebruik de gele bagagetas als opberghok en zet die in de
achterpunt. Door mijn hoofdlamp komen er erg veel vliegjes in de binnentent.
Ik heb 130
km gefietst en dat resulteert in een diepe vaste slaap.
Zaterdag 11 augustus.
Dordrecht – Wouwse Plantage.
Afstand: 101
km
Gemidd: 21,6
Tijd: 4,42
Vandaag wil ik Bergen op Zoom bereiken om de Brabantse Wal
te zien. Daarna ben ik nieuwsgierig naar de natuurcamping op de Belgische
grens.
Het kost me moeite om Dordrecht uit te komen. Allereerst
maak ik wat foto’s van de stad en ga daarna via de routebordjes de stad uit,
maar loop al snel vast. Ik ontdek wel hoe je met de smartphone je positie kan
bepalen en zo vind ik de route terug bij de snelweg die langs de stad loopt.
Via mooie dijkjes in de stad rij ik de stad uit en buiten de stad drink ik koffie
bij een picknickbank. Het is het zuidelijke deel van de Biesbosch. Als je de
kaart goed bekijkt zie je hoezeer Dordrecht is omsloten door rivieren van de de
Nederlandse delta. Het beheer van het water door stevige dijken is in dit
gebied meer zichtbaar dan in Noord Holland, waar het veenlandschap
vriendelijker is. Ook valt het intensieve gebruik van de ruimte op. Veel
bebouwing en industrie.
Dan rij ik naar de Moerdijkbrug en dat is een indrukwekkende
ervaring. Je bent als fietser een klein schakeltje op de enorme brug die het
hollands diep overspant. De brug trilt door het intensieve gebruik door
vrachtwagens die met een snelheidje van 100 km hun spullen vervoeren.
Moerdijk is een bekend woord, maar feitelijk een klein
dorpje en na het dorp rij ik langs een industriegebied en doe boodschappen in
het plaatsje Zevenbergen. Langs de rivier Mark (die ik later in Breda weer
tegen zal komen) en een mooie fietsbrug steek ik door op de dijk naar
Oudenbosch dat vooral bekend is door de
baseliek. Het is een kopie van de St. Pieter, maar dan 10x zo klein. Het is nog steeds een knots van een gebouw. Ik eet en drink wat en bezoek daarna de kerk van binnen. Opvallend zijn de kleine tentoonstellinkjes gemaakt door basisschool kinderen over de zeven werken van barmhartigheid. Er is met steun van een kunstenaar door kinderen op verschillende manieren een vertaling gemaakt van zaken als gevangenen bezoeken, hongerigen voeden, mensen begraven enz.
baseliek. Het is een kopie van de St. Pieter, maar dan 10x zo klein. Het is nog steeds een knots van een gebouw. Ik eet en drink wat en bezoek daarna de kerk van binnen. Opvallend zijn de kleine tentoonstellinkjes gemaakt door basisschool kinderen over de zeven werken van barmhartigheid. Er is met steun van een kunstenaar door kinderen op verschillende manieren een vertaling gemaakt van zaken als gevangenen bezoeken, hongerigen voeden, mensen begraven enz.
Dan door naar Roosendaal, maar ik rij door de stad heen en
zoek via knooppunten Bergen op Zoom op. Een stuk langs de snelweg, maar het
schiet wel op. Op weg naar de grote markt zie ik al de hoogteverschillen in het
landschap. Ik rij wat rond door het centrum en richting de haven en drink
daarna wat op een klein terrasje aan de overkant van de Markiezenhof. (dit is
een oud stadskasteel, waar nu een museumpje is gevestigd)
Dan doe ik boodschappen voor twee dagen en zoek de route aan
de zuidkant van de stad op. De Brabantse wal is de overgang van het Brabantse
dekzand naar de Zeeuwse klei. De verschillen in begroeiing is duidelijk: Het
Brabantse deel
bestaat uit zandgrond met bossen, vennen, heide en stuifduinen. Aan de lage kant liggen polders met kreken, rietlanden en oude boerderijen. Deze verschillen verklaren ook de verchillen in planten en dieren. Ook hier hoogteverschillen en het lukt de route te vinden. Het is de lf 13 die een schakel is tussen Vlissingen en het oosten.
bestaat uit zandgrond met bossen, vennen, heide en stuifduinen. Aan de lage kant liggen polders met kreken, rietlanden en oude boerderijen. Deze verschillen verklaren ook de verchillen in planten en dieren. Ook hier hoogteverschillen en het lukt de route te vinden. Het is de lf 13 die een schakel is tussen Vlissingen en het oosten.
Ik rij hier door een flink bos bij Heikant en kom langs de
Stay-okay waar we met de wandelgroep al langs liepen. Dan door naar Wouwse
plantage. Ik denk dat de camping hier is, maar deze ligt nog zo’n 10km verder,
vlak bij Essen.
Het is rond 19 u als ik aanbel bij de receptie. De boer
helpt me snel, want hij wil gaan eten. Het is
geen goedkope camping (10 euro) maar wel heel bijzonder door de mensen, de veldjes en het meertje. Het trekkersveld is het meest saai, maar ligt wel dichtbij de toiletten en het afwaslokaal. Er staan al twee kleine tentjes en ik stel me voor en we raken in een discussie over mijn inschatting dat met de fiets kamperen iets is dat gaat uitsterven. Wij als trekkers op het veldje zijn allemaal boven de 50 jr.
geen goedkope camping (10 euro) maar wel heel bijzonder door de mensen, de veldjes en het meertje. Het trekkersveld is het meest saai, maar ligt wel dichtbij de toiletten en het afwaslokaal. Er staan al twee kleine tentjes en ik stel me voor en we raken in een discussie over mijn inschatting dat met de fiets kamperen iets is dat gaat uitsterven. Wij als trekkers op het veldje zijn allemaal boven de 50 jr.
Als mijn tent staat en ik gedouched heb ga ik koken en vraag
of ik mijn eten bij de pickniktafel kan opeten. Dit levert een leuke ontmoeting
op.
Als het bijna donker doe ik de afwas en hoor in het
toiletgebouw dat er een kampvuur is. Ik loop wat in het donker over de camping
en klets wat
met een mw. Die net is aangekomen en we kletsen wat over het De Roos-gehalte van deze camping. Dan ga ik slapen en luister in mijn tentje nog wat naar de radio.
met een mw. Die net is aangekomen en we kletsen wat over het De Roos-gehalte van deze camping. Dan ga ik slapen en luister in mijn tentje nog wat naar de radio.
Zondag 12 augustus.
Wouwse Plantage -Ulvenhout
Afstand: 53,2
km .
Tijd: 2,36 u
Gemidd: 20,3
Als ik om 8 u uit mijn tentje kom hebben mij buren hun tent
al afgebroken. Ik was me en ontdek dat er is het waslokaal zwaluwen een nest
hebben met vier jongeren. De ouders zijn druk
met voedsel zoeken en vliegen af en aan. Het is een bijzonder effect en typisch voor deze boeren-natuurcamping. Ik eet opnieuw samen met de fietsers op het trekkersveld. Na de maaltijd drinken we ook nog een stevig kopje koffie. Als de andere fietsers weg zijn loop ik nog een rondje over de camping en maak foto’s. Het is zondag en ik doe rustig aan omdat ik niet veel kilometers te gaan heb. De route gaat langs een serie landgoederen bij Langeschouw, Moeren en Tiggeltse berg. Ik drink koffie op een mooie oude plek in het bos. Onderweg kom ik langs een historische dodenplaats. Mensen die voor hun gedrag met de dood gestraft werden (rond 1700 ) werden op een rad gelegd als waarschuwing voor de reizigers die langs kwamen. Het lijk droogde in of werd opgegeten door de vogels. Een luguber
idee.
met voedsel zoeken en vliegen af en aan. Het is een bijzonder effect en typisch voor deze boeren-natuurcamping. Ik eet opnieuw samen met de fietsers op het trekkersveld. Na de maaltijd drinken we ook nog een stevig kopje koffie. Als de andere fietsers weg zijn loop ik nog een rondje over de camping en maak foto’s. Het is zondag en ik doe rustig aan omdat ik niet veel kilometers te gaan heb. De route gaat langs een serie landgoederen bij Langeschouw, Moeren en Tiggeltse berg. Ik drink koffie op een mooie oude plek in het bos. Onderweg kom ik langs een historische dodenplaats. Mensen die voor hun gedrag met de dood gestraft werden (rond 1700 ) werden op een rad gelegd als waarschuwing voor de reizigers die langs kwamen. Het lijk droogde in of werd opgegeten door de vogels. Een luguber
idee.
Vlak voor Ulvenhout raak ik de route weer kwijt en gebruik
mijn nieuwe Phone weer. Ik ken de weg in Ulvenhout en zoek m’n plekje op de
boerencamping. Ik ga douchen en doe een wasje. Het is warm weer en er staat een
flink windje zodat de was snel droog is. Dan ga ik de stad in om het historisch
museum te zoeken. Het is rond 14.30 u. Ik gebruik mijn museumkaart en bekijk de
tentoonstelling Breda en de 80 jarige oorlog. Ik maak foto’s van de
informatieborden. Globaal kan ik de informatie plaatsen, maar nieuw is het precieze
verloop van de bevrijding van de stad doordat de soldaten verstopt zaten in een
turfschip. Verder is te lezen hoezeer deze stad op de grens zat tussen het
bevrijde Holland en de zuidelijke Nederlanden. Daardoor is het meerdere
keren weer terug in Spaanse Handen gekomen. Tenslotte wordt in de tentoonstelling sterk gelegd op de geschiedenis van de Oranjes in Breda. Het kasteel van de oranjes is nu het gebouw van de KMA.
keren weer terug in Spaanse Handen gekomen. Tenslotte wordt in de tentoonstelling sterk gelegd op de geschiedenis van de Oranjes in Breda. Het kasteel van de oranjes is nu het gebouw van de KMA.
Naast deze tentoonstelling is er ook nog een moderne
tentoonstelling over portretten.
Na het bezoek ga ik een lekker biertje drinken in het
centrum, de krant lezen en wat mailen.
Op de terugweg naar de camping kom ik langs een wijkfestival
en maak ik foto’s van het stroomgebied van de Mark. Een belangrijke rivier voor
de geschiedenis van de stad.
Ik kook een potje en schrijf wat in mijn aantekenboekje. Ik
zit niet lekker op de picknikbank en ben om 21.30 u al moe en ga in de tent
liggen. Ik luister nog wat radio, maar de ontvangst is slecht.
Maandag 13 augustus.
Ulvenhout- Bodegraven.
Afstand: 120
km
Tijd: 5,33
Gemidd: 21,6
km .
Er was gister laat (19.30 uur) nog een fietser op mijn
veldje gekomen. Een oudere man die als ik ’s morgens uit de tent kom al weer
volledig opgepakt is. Statistisch (gister en vandaag) ben ik een late starter
als het gaat om fietsen. Vandaag is de laatste dag en ik wil naar Gouda
fietsen.
De weg naar de stad is bekend. Dan maak ik foto’s van het
kasteel van de Oranjes en rijdt op de LF 11 naar de Moerdijkbrug. Ik baal dit
keer van de route. Deze is totaal anders dan ik op de kaart zie en is slecht
aangegeven. De route gaat door bossen en langs stuifzanden en raakt dorpen als
Oosterhout en Made. Dan pikt ze de oude route bij Heikant en Hooge Zwaluwe weer
op. Opnieuw raak ik het spoor kwijt en ga zelf naar Moerdijk. Ik ben er klaar
mee.
Het volgende stuk is bekend en gaat tegenovergestelde
richting van wat ik al eerder deed. Ik drink vlak voor Dordrecht koffie en vind
nu de route door de stad wel goed. Een man spreekt me aan met de vraag waar ik
vandaan kom. Ik geef wel antwoord maar te kort. Ik ben te veel met op reis
zijn.
Ik neem de pont en pak in Papendrecht de route linksom de
stad langs. De route gaat over de dijk en langs industriewijken. Ik snap nu
beter waarom de lfroute langs oud-alblas gaat. Het is flink om, maar je rijdt
wel grotendeels door het groen.
Ik kan goed oversteken naar het fietspad bij Kinderdijk en
maak nog een foto van een informatiebord waarin goed uitgelegd wordt hoe het
water in drie trappen van de polder naar het kanaal en dan naar de boezem wordt
gepompt. Daarna wordt het water geloosd in de lek.
Ik ga met de pont over naar Krimpen aan de lek en doe wat
boodschappen. Buiten het dorp eet ik wat en ga richting Gouda. Dit is de
Krimpenerwaard en een heel uitgestrekte polder. Bijzonder is dat de route over
een van de achterdijken gaat. Aan beide kanten van de dijk, zijn de lappen
grond vanuit het copesysteem goed te zien. Op sommige plekken is de sloot
volledig dichtgegroeid. Opmerkelijk omdat waterschappen de boeren verplichten om hun sloten leeg te dreggen. Nog een keer vragen.
volledig dichtgegroeid. Opmerkelijk omdat waterschappen de boeren verplichten om hun sloten leeg te dreggen. Nog een keer vragen.
In Gouda maak ik wat foto’s en loop binnen bij het
Kaasmuseum. Ik wil met mijn kaart binnenkomen, maar het is een particulier
museum en de kaart ‘werkt niet’. Ik ga door met mijn tocht en besluit door te
rijden naar Bodegraven. Ik heb nog tijd en ben wel
benieuwd om door de reeuwijkse plassen te rijden. Vlak voor Bodegraven maak ik nog wat foto’s van een kleine waterpomp die het water naar een vaart pompt. De route brengt me naar het station en ik heb dorst en ga nog wat drinken kopen. Ik betaal zonder caissière bij de c1000. Wel moet ik de betaalbon scannen om uit de winkel te komen.
benieuwd om door de reeuwijkse plassen te rijden. Vlak voor Bodegraven maak ik nog wat foto’s van een kleine waterpomp die het water naar een vaart pompt. De route brengt me naar het station en ik heb dorst en ga nog wat drinken kopen. Ik betaal zonder caissière bij de c1000. Wel moet ik de betaalbon scannen om uit de winkel te komen.