We vertrekken rond 10.30:u uit Haarlem en rijden via Aerdenhout en Vogelenzang naar de Leidse trekvaart. Dit is mijn vaste fietsroute met een groepje fietsers als we te maken hebben met zuidenwind. En vandaag is het flinke zuidenwind die in de loop van de dag steeds sterker wordt.
De route die ik gedownload hebt brengt ons op een verrassende manier bij onze bestemming. We verlaten de Leidsevaart en rijden langs de Keukenhof en de randweg van Lisse en pakken dan een landbouwweg door het bollenstreek gebied, Daarna langs Voorhout en Warmond en dan pakken we een leuk alto wijkje van Leiden en we doen wat boodschappen voor de lunch. We rijden lekker en de route is afwisselend.
Pas bij Zoetermeer zien we een leuk plekje uit de wind. En op dat moment schijnt het zonnetje. We zitten in een natuurgebied van Zoetermeer. Boven ons torent een hoog uitzichtpunt uit. Met hoge ijzeren poten en er loopt een buis van ons weg. Het zou een een sneeuwpiste kunnen zijn, waar mensen hun vaardigheden kunnen oefenen. We volgen dit park verder, maar het druppelen wordt regen en we trekken onze regenbroeken aan. En deze doen we bij het bordje Delft weer uit.
Toegangspoort Delft |
We snuffelen wat in het centrum van Delft, maar we weten ook dat er slecht weer met regen en wind aan komt. We rijden langs de Schie de stad uit en zoeken de weg naar de camping. Deze zien als we bij het spoor staan, maar we zien de toegangsweg niet. Natuurlijk op dat moment begint het weer hard te regen en moet de regenuitrusting weer aan. Aan de andere kant van het perceel staat gelukkig een bordje ‘Grutto’.
Camping de Grutto |
Zaterdag 31 juli Rotterdam en strakke planning door pontjes
De nacht was zwaar met veel wind en regen. Op sommige momenten was het heel erg en waren we bang dat de tent het niet zou houden. Dat slaapt niet lekker, maar tegelijkertijd is het waardevolle van kamperen dat je weer de natuur, de krachten, je afhankelijkheid en kwetsbaarheid voelt. In ons geval de wind en de nodige regen, want nadat we binnen de meeste dingen hadden opgeruimd, begon het opnieuw te regenen en zijn we in de groepsruimte gaan ontbijten. Voordeel: een waterkoker, naast een
Heilige Boontjes |
tafel en stoelen. Er druppelen meer mensen binnen als we klaar zijn. Een stel op weg naar Assen heeft alles al ingepakt en op de fiets zitten. Wij gaan ook een poging doe om weg te komen,maar het regent opnieuw en we pakken de tent drijfnat in. We zeggen het stel dat naast ons stond en ook slecht geslapen heeft door de wind gedag. We zijn jaloers want zij hebben wind mee op weg naar Amsterdam.
Fietstunnel onder de Maas |
We staan nu in Charlois en kijken terug naar de afstand die we hebben afgelegd door de tunnel. De Euromast, de lucht torens aan de overkant en we zien de waterbus ( een echte autobus die ook kan varen) die bijna kopje onder gaat door de hoge golven.
Dan gaan we op weg naar het plaatsje Rhoon ten zuiden van Rotterdam bekend van de roman De Vergelding. Daar gaat ons bootje naar oud Beijerland. We doen boodschappen en zijn op tijd bij de boot die om 14.30 vertrekt. Een oudere man gaat ook en we maken een praatje over zijn fietstochten vanuit huis.
Als we op de boot zitten regent het opnieuw. Bij de halte oud Beijerland verlaat hij de boot en komt er een stel met jonge kinderen bij die vragen waar we naartoe gaan en we praten over het fietsen met kinderen op vakantie.
Wij gaan er bij de halte Spijkenisse uit en rijden tegen de westelijke wind in naar Nieuw Beijerland en doen nog wat boodschappen. Het plan is de boot naar Tiengemeten te nemen van 17u, maar we halen die van 16 u nog. Een krentenbol moet dan maar gelden als lunch. We steken het water over met de pont. Een vaartocht van 10 minuten. Aan de overkant staan zo’n 80 mensen te wachten. We slaan linksaf en rijden over een geasfalteerd fietspad naar het oosten, naar de camping. We krijgen instructies en een plastic bak om ons eten in te doen tegen ratten en eksters.
We vinden een mooi plekje en de zon begint te schijnen, zodat we de tent kunnen drogen. Dan het vaste ritueel van inrichten douchen en borrelen en eten koken.
Zondag 1 aug Eiland te voet verkennen
We liggen deze nacht niet lekker omdat de grond ongelijk is. Toch slapen we tot 8 uur. We gaan ons opknappen, maar dan begint het enorm te regenen en ontbijten we in de tent. Gedoe.
De Herberg |
Het gebied rond de Herberg is weemoed, een herinnering aan het oude land: landbouw, gebruik. Het tweede deel waar wij langs wandelen is een
Weelde, een groot moeras dat in de zomer droog valt en in de winter weer vol loopt. Dit is het gebied van de trekvogels. Het derde gebied Wildernis, staat in verbinding met het Haringvliet, waardoor er instroom en uitstroom van water is. Getijdenwerking, slenken en slikken.
De wandeling is interessant door de wijsheid van de natuur de vele vogels, de stilte, het besef een klein schakeltje te zijn in iets groots. Het is zonnig droog weer met een klein windje. Omdat we niet ergens hoeven te zijn doen we rustig aan en houden pauze op de bankjes. In het centrum van het eiland is het een en ander te doen. Café, landbouwmuseum en het goede informatiecentrum.
Een gemete is een maat van ongeveer een halve hectare. In de 16e eeuw ontstond een klein eiland van tien gemeten dan door aanslibben verder uitgroeit. in de loop van de tijd. Daarna wordt het opgekocht door een rijke familie en verder ontwikkeld als landbouwgebied. Tijdens de watersnoodramp verdrinken twee mensen. Dan wordt het verder gemoderniseerd tot er in de jaren 90 besloten wordt het gebied aan de natuur terug te geven en komt het in beheer van Natuurmonumenten. In ieder geval is het een bijzonder plekje qua natuur en camping.
Maandag Tiengemeeten - Antwerpen
C. Is al om zeven uur wakker en gaat douchen. We hebben tijd genoeg want de boot gaat om 10.10 u. De tent is door en door nat en de zon is nog niet sterk genoeg om alles te drogen. Naast ons staat een stel met de fiets. Ze hebben de kinderen ondergebracht en zo even rust en tijd voor elkaar. Ook zij gaan met de boot mee. We hebben de avond daarvoor even gekletst over kleine campings en die ene man die kampioen overnachtingen natuurterreinen is en die zijn hele auto vol heeft liggen met lichtgewicht tentjes die hij via Marktplaats heeft gekocht. Grappig om te horen dat ook zij deze man een keer waren tegengekomen.
C. leest het boek Het hoge nest van Roxane van Iperen. Zij schrijft over de schrijver van het lied ‘Mens durf te leven!. Het thema is dat je je niets aan moet trekken van het oordeel van anderen.
‘Vraag niet elke minuut van je korte bestaan
Hoe hebben m’n pa en m’n opa gedaan
Hoe doet er m’n neef en hoe doet m’n vriend
En wie weet, hoe of dat nou de wereld weer vindt
En wat heeft het fatsoen voorgeschreven
Mensch durf te leven!
Je kop in de hoogte, je neus in de wind
En lap aan je laars hoe een ander het vindt
Het maakt niet uit met welke fietsen of spullen je onderweg bent. De vrouw stelde dat ze wel met de kinderen wilde fietsen maar niet de spullen had. Ik gaf als antwoord dat onze uitrusting ook in jaren is ontstaan.
We hebben tijd over en zetten nog even koffie bij het centrum van het eiland waar de boot aan komt. Als de boot aan komt klets C. met de mevrouw van de Herberg en de camping. Ze gaat boodschappen doen in het dorp. Door de Corona was de herberg goed bezet, omdat mensen in Nederland blijven. De camping liet vanwege de kans op besmetting niet meer dan 50 plaatsen toe.
We hebben mazzel met het weer en met de wind. Er staat een Noordwesten wind en wij gaan naar het zuiden. Het eerste stuk is pal oost en dan gaan we over de brug van het Haringvliet en de tweede brug over de Volkeraksluizen. Het is warm en aan de voet van de dijk trekken we kleren uit en smeren ons in. Zigzaggend rijden we door dit boerenland. Vaak op dijkjes, kronkelend door het landschap. Mijn overzet zonnebril valt uit mijn voortas en meteen rijdt C. er onbedoeld overheen. Niet meer te maken. We komen langs plaatsjes als Stampersgat en Oud Gastel. We rijden langs een groot veld met zonnepanelen en daarna langs een kanaal Roozendaal in. Daar moeten volgens de route over het spoor heen met de lift. Beetje tijdsintensief achteraf gezien. We kijken wat in het centrum, waar op het centrale plein veel grote terrassen zijn. Wij rijden via de Stedenroute de stad uit en rijden lang door een bloemkoolwijk en doen boodschappen.
Restant of illustratie van de dodendraad |
Daarna gaat de route langs een mooie beek. Een leuk stukje natuur.
Dan rijden we via Nispen, de Wouwse Plantage en Essen België in. Hier is een groot stuk natuurgebied van de Kalmthoutse heide. Bos en heide wisselen elkaar af. Stukken zijn een paar jaar geleden verbrand wat nog goed te zien is. Aan de zuidkant, op de grens met Nederland komen we langs een informatiepunt over de eerste Wereldoorlog.
In 1915 besloten de Duitsers de grens tussen België en Nederland te sluiten, omdat veel Belgen naar Nederland vluchten. De afscheiding volgde de hele Nederlandse grens van cadzand tot de Voerstreek. In Roosendaal en Bergen op zoom, verbleven duizenden mensen bij mensen thuis. De afscheiding bestond uit prikkeldraad en een stroomdraad met 2000 volt er op. Op deze plek is er een uitleg en een klein stukje afrastering. Het doet je beseffen hoe waardevol de vrijheid is waarin we nu leven.
Aanleg van de grensscheiding |
Dan krijgen we door de routemaker een siteseeing van de grote huizen van Kalmthout. Onduidelijk is waarom. We snijden een stuk af en passeren de andere welvarende buitensteden van Antwerpen zoals Brasschaat, Kapellen en bij Merksem komen we op een fietssnelweg richting Antwerpen die eindigt bij het industrieterrein. We passeren het moderne gebouw van het havenkantoor, doen boodschappen bij de Delhaize en zoeken de voetgangerstunnel onder de Schelde op. Deze tunnel is vergelijkbaar met de Maastunnel als je naar de roltrap kijkt. Hier zijn er zelfs twee lange trappen. Omdat C. Niet zo’n held is om met de fiets met bagage naar beneden te gaan doe ik de trappen twee keer.
Modern havenkantoor bovenop een klassiek gebouw |
We schrijven ons in bij de camping en krijgen advies over de gratis pont en de waterbus. Na het eten lopen we nog een rondje door het recreatiegebied. Er is een squashbaan, half pijpjes voor skaters, een zwembad. Enz. Omdat het mooi weer is er nog tot laat lawaai van mensen. De camping wordt gerund als een sociale onderneming ( jongeren met afstand tot de arbeidsmarkt doen werkervaring op) , er is een meetingpoint met WiFi, je kunt fietsen huren enz. We gaan slapen als het donker begint te worden. Moe maar niet te, na 97 km en 5,15 u op pad geweest te zijn.
Dinsdag Dagje Antwerpen
Een groepje oudere dames maken het heel gezellig met een drankje |
Omdat we een maand geleden ook al in Antwerpen waren en we nu een fiets bij ons hebben kunnen we wat andere wijken bekijken. We beginnen met een overtocht met de pont, zodat we de roltrap ontlopen. Ook weer een ervaring om met zoveel mensen met mondkapje op over te steken. We gaan op zoek naar een voetje van mijn Helinox vouwstoeltje bij verschillende kampeerwinkels en snuffelen wat maar kopen doen we niet omdat we geen ruimte hebben. Het voetje dat we denken dat goed is past toch niet. Te breed voor het buisje van mijn stoel. We rijden door naar de Kievitwijk achter het station. DIt is een gemengde wijk van Joodse mensen, mensen met een Arabische achtergrond en allochtone Antwerpenaren. We drinken wat op een terras in de deze volksbuurt die zeker de moeite waard is om verder te verkennen. Zeker het deel iets meer naar het noorden achter het station rond Permeneke (openbare bibliotheek) bij de Van Wesenbekestraat. Daarna gaan we op zoek naar een kaartenwinkel in de Nassaustraat iets boven het centrum en vlakbij het Museum aan de stroom. We denken dat het handig is om een fietskaart van Vlaanderen te kopen. We moeten een keuze maken tussen een knooppuntenkaart of een kaart met alle lange afstand fietspaden en fietssnelwegen. We kiezen voor de knooppuntenkaart, omdat we daarbij flexibeler zijn om als dat nodig is de weg te zoeken. Daarna eten we vlakbij de winkel bij een burgerrestaurant een hapje.
Om weer bij de camping te komen moeten we nu de waterbus nemen. Deze doet een traject met iets van 10 haltes en legt elk half uur aan. Twee richtingen op. Wij hoeven maar een halte en komen vlak achter de camping aan. Prijs 1,- euro pp.
Woensdag Antwerpen-Grimbergen
Prachtige oude ijzeren (hef) bruggen |
nemen en mensen op het plein tippen ons dat we op een knop moeten drukken, vijf minuten voor het half en het heel. De boot ligt aan de overkant en de schipper is druk met het zwabberen van zijn dek. Steeds steekt hij de zwabber in het water en poetst er mee. Het regent en ik ben nog steeds niet zeker of hij het licht heeft gezien dat knippert in het wachthokje. Dan komen er mensen aanlopen die een mondkapjes opdoen en op de boot gaan zitten en dan vertrekt de boot om ons op te halen. Aan de andere kant is een historisch punt. Hier komt het kanaal Schelde-Brussel na een sluis in de rivier. Dit zeekanaal is al enkele honderden jaren oud (15e eeuw) en was bedoeld om de stad Brussel te verbinden met zee. Het loopt van Brussel tot Willebroek en monde uit in de rivier de Rupel die iets verder uitmondt in de Schelde. In 1922 werd de monding verlegt naar een nieuwe sluis bij Wintam. De haven van Brussel is bereikbaar voor zeeschepen tot 4500 ton.
Naast ons staan een Nederlands mannenstel op leeftijd (69 en 64 jr) uit Meppel met een grote auto en dito caravan. Jan was/is kapper en Anne docent in het MBO. We leren hen de komende dagen beter kennen.
Na het eten drinken we thee/koffie. Een mentaal gehandicapte jongen van zo’n veertien jaar rijdt de hele tijd rondjes over de paden van de camping en schreeuwt en roept. Interessant is onze reactie op deze situatie. Zijn anders zijn verontrust en is ongemakkelijk. Wie is hij? Wat heeft hij? Wat doet hij raar. We kunnen het niet plaatsen. Door zijn roepen doet hij een appél op ons maar we kennen hem niet en zijn niet verantwoordelijk. Het is niet gek dat vreemde gekke, beperkte mensen in instituten worden opgenomen met het idee dat dit beter is voor hen. Onze ongemakkelijkheid is niet uit te houden. Toch lijkt het of de mensen op de camping inclusief proberen te zijn. Ze kijken hem aan, maar laten hem zijn ding doen. Hij mag er zijn. Is dat wat ze een inclusieve houding noemen?
Donderdag Bezoek Brussel 1.
Terras café de Markten |
We ontbijten, maken de laatste koffie op en zoeken de spullen bij elkaar. De buren vragen of we bij hen koffie komen drinken. Ze vinden ons zielig met die kleine stoeltjes. We zeggen dat we net koffie op hebben en dat ze zich geen zorgen hoeven te maken omdat we al 10 jaar zo op vakantie zijn en dat juist met de fiets een land goed kunt leren kennen. We rijden de stad in en wij volgen iets later. Als het wat begint te spetteren komen we ze weer tegen onder een afdak. We rijden langs het kanaal de stad in en op een gegeven moment moeten we kiezen of we links of rechts van het kanaal de stad in rijden. We kiezen voor rechts en zoeken onze weg naar de Vlaamse wijk van Brussel waar C. Een paar tips voor kledingwinkels heeft gekregen. Voor dat ze dat doet drinken we koffie bij een leuk tentje. Terwijl zij weg is vermaak ik me met het schrijven van dit verslagje. Vervolgens gaan we op zoek naar de wijk Chatelain en Elsene waar we een beschrijving van hebben.
Nette dames op leeftijd en een voor ons bekend stoeltje |
Bij de tent hebben we koffie bijpraat afspraak bij de buren toch gemaakt en we krijgen lekkere sinaasappel-gember thee aangeboden. Er ontstaat een mooi gesprek over kerk en homoseksualiteit, veranderingen in het onderwijs, met pensioen gaan en de problemen die Marokkaanse jongeren hebben om te assimileren en hun agressieve gedrag.
Vrijdag Brussel 2e dag
Kunstwijk met op de achtergrond het centrum |
De tentoonstelling valt een beetje tegen. Het gaat om de ontwikkeling van de Belgische kunst in de fase tussen 1850 en 1920. Voorbij komen realisme, pointillisme, art nouveau en jammer genoeg weinig moderne abstracte kunst. Na het museum lopen we wat door kleine straatjes, passeren het homostraatje waar we door op onze buren op werden gewezen. De volgende dag vraag ik een van hen, Anne, waarom het toch fijn is om daar te zijn en elkaar te ontmoeten. Hij vertelde dat het niet om het opdoen van een vriendje gaat, maar het is toch het vinden van steun. Voor jongeren is dat anders, maar voor hem speelt dat er nog steeds een stemmetje is van dat hij anders is dan hetero’s, afwijkend, dat het niet mag, deze cafés zijn daarom een steun.
We halen de fietsen op die er gelukkig nog staan, we zoeken oplaadbare batterijen die we vergeten zijn en vinden een HEMA. Daarna zoeken we een leuke eetplek. Eerst kijken we bij de botanische tuin en als we daar niets zien gaan we terug naar de Vlaamse wijk waar we in het café de Markten een poké bowl bestellen. Het inmiddels droog weer geworden en de terrassen zitten vol met mensen. Het is een goede Vlaamse gewoonte om niet thuis maar op een terras met vrienden af te spreken. Rond 20.30 u zijn we weer terug op de camping.
Zaterdag Grimbergen - Gerardsbergen.
We zijn redelijk vroeg op en pakken alles in. We hebben de tijd om de tent te drogen en als we uitwisselen met de buren over onze en hun avonturen komt het idee op om met een kop koffie ons contact af te sluiten. Zij zijn bij een vriendin in Luik geweest en wij vertellen over ons bezoek aan het museum. Ook delen we over onze families en zorgen. Zijn inmiddels opa en gelukkig hebben hun oorspronkelijke partners weer een nieuwe partner geworden. Thema van gesprek is ook de luxe caravan die ze bij zich hebben, na jaren met een camper door Europa te hebben getrokken. We mogen uiteindelijk de prijs weten. Hun redenatie is, we hebben er voor gewerkt, de kinderen redden zich, die krijgen later het huis en wij doen de dingen waar we van genieten. Wij vertellen over het geen auto hebben en eenvoudig leven, maar dat ligt voor hen anders. Anne ziet jonge mensen op zijn school die er gewoon van uitgaan dat er luxe is, mobieltjes, geld enz. Dat is wat voor hen gewoon is, hetgeen past in de redenering dat we allemaal tot consument zijn gemaakt. We nemen afscheid met het uitwisselen van mailadressen en gaan op weg.
Abdij Grimbergen |
Vlaamse Ardennen |
Grimbergen als dorpje draait om het klooster dat bier maakt en de kaas die ze verkopen. We maken wat foto’s van de kerk en gaan dan op weg. Het wordt een mooie tocht door het heuvelige landschap. We dalen en klimmen, rijden door kuipweggetjes en hebben mooie uitzichten. Boven verwachting. Vlak onder Aalst komen we bij het riviertje de Dender en deze volgen we naar het zuiden via het jaagpad dat in tegenstelling tot het eerste deel heerlijk vlak is. In Ninove drinken we wat en doen de laatste weekend boodschappen.
Wandelaar vertelt over de wandelroute rondom Brussel |
Vlak voor Gerardsbergen ligt de camping De Gevers, waar we ons inschrijven en een plek zoeken op het trekkersveld. Het waait nog al en we zoeken wat beschutting achter een heg, maar daar staan meer tenten. Bij een van de tenten klinkt luide rapmuziek. Een man van een jaar of 35 staat er met zijn hond. We vragen of de muziek wat zachter mag, maar hij snapt het niet helemaal en de muziek niet veel zachter. Later op de avond maakt C. Contact met hem door hem te vragen of het kamperen bevalt en we maken contact met de hond. Dan begrijpt hij beter dat we op tijd gaan slapen en rust zoeken en biedt hij aan om zijn oortjes in te doen.
Inmiddels is er een vrouw van onze leeftijd alleen en met de fiets op het veld gekomen. Ze doet een stuk van de route naar Santiago en neemt daarna de trein terug we kletsen over alleen op vakantie zijn, de fasen van rust vinden enz
Rond een uur of 21 begint het enorm te regenen en moeten we schuilen in de tent. Het wordt al wat donker en het is een goed signaal om te gaan slapen.
Zondag Rustdag Gerardsbergen.
We hebben folders uit de receptie meegenomen met beschrijvingen van wandel- en fietsroutes. Ook is er een steegjeswandeling in Geraardsbergen met gedichten.
Uitzicht vanuit de top van de Muur |
Genoeg te doen, maar we willen ook lummelen, lezen en koffie drinken. We hebben toch drukke dagen gehad met dat stadsbezoek en de gesprekken met de buren.
We lezen, drinken koffie en besluit C. om nog even een dutje te doen. En zo schuift de dag op. Rond een uur of twee willen we naar Geraardsbergen fietsen, maar net op dat moment valt er een flinke bui die twintig minuten aanhoudt. We laten de wandeling en rijden naar het zuiden en ontdekken dat de weg flink klimt. Na een paar kilometer wordt duidelijk dat we bij de kapel op de Muur uitkomen. De jaarlijkse ronde van Vlaanderen wordt hier vaak beslist. De berg is 110 m hoog en al van oudsher van religieuze betekenis en een Bedevaartsplek. We rijden die muur naar beneden, maar al snel staat er een bordje dat dit ten strengste verboden is. We vinden een wandelpad en lopen met de fiets aan de hand voorzichtig naar beneden. Op het stadsplein drinken we wat en ik besluit om de klim nog een keer van deze kant te doen. Ik kan voor mijn fietsgroep niet uitleggen dat als ik in Geraardsbergen ben niet even over de helling rij. Het is pittig en met name het stuk van 20%, maar op mijn tourfiets zit een duidelijk lichter verzet dan op mijn racefiets.
Langs de Dender rijden we weer terug naar de camping. Het begint weer wat te spetteren. Als ik terug kom voer ik een lang gesprek met onze buren die in Rotterdam wonen en waarvan de man (domineeszoon) actief is in de kerken van centrum Rotterdam. We praten over mijn werk en de vraag hoe het verder moet met de kerk nu er sprake is van grote ontkerkelijking.
Als het etenstijd is zoeken we de overkapping op waaronder twee picknicktafels staan. Aan de andere tafel zit een Nederlandse familie uit Utrecht. Vader, moeder en dochter. Ze hadden de Maasroute willen doen, maar door de overstromingen werd dat onmogelijk.(dit kwam door grote wateroverlast in Duitsland, Ardennen en Nederland juli 2021) Ze doen nu een rondje LF1, Franse Kust, Seine route, Prijs en terug via de Jacobsroute. Ze hadden op Bois de Boulogne gestaan. We eten bij elkaar, maar we hebben verder geen contact.
Na de maaltijd lopen we een rondje over de camping en spelen een potje tafelvoetbal in het recreatiecentrum. De rest van de camping bestaat voornamelijk uit vaste plaatsen. Ik douche nog even en ga dan lekker in bed verder met mijn boek Oorlog en terpentijn.
Maandag Gerardsbergen - Gent
Stadsomroeper |
C. Is al om 6.30 u wakker en gaat douchen. Ik blijf nog even liggen, maar het plan is om zeven uur op te staan en vroeg te vertrekken. We willen vandaag Gent halen via de Vlaamse Ardennen en Oudenaarde. Dat betekent voor het eerste deel flinke steile klimmetjes en daarna nog een stuk langs de Schelde. Uiteindelijk klimmen en dalen we zo’n 550 m en de hoogste top was 140 m. Allemaal niet opzienbarend, maar wel pittig en vermoeiend. Na 36 km komen we aan op het stadsplein van Oudenaarde en bestellen cappuccino. We ontdekken dat dit in dit gebied koffie met slagroom is. Ik vind het niet echt smakelijk, maar C. geniet juist van slagroom.
De stadsomroeper staat voor het stadhuis en verkondigt met luide stem een een aantal boodschappen. We zitten te ver weg om te horen wat hij zegt. Een paar mensen staan bij hem. Als hij klaar is applaudisseren de mensen op ons terras. Alsof ze hem wel begrepen hebben, of vinden ze het idee van een omroeper in kostuum een mooie traditie? We zijn er te kort om dit goed te onderzoeken.
We rijden de stad uit langs de Schelde. Het is zonnig en we hebben wind mee, dus gaan goed vooruit. We zoeken lang naar een bankje voor de lunch en met als gevolg dat alle spieren leeg zijn. Als we eenmaal zitten begint het het te spetteren en in no time regende het hevig. We trekken regenpakken aan en schuilen onder een boom, maar de regen is zo heftig dat de boom ook gaat lekken. Iets verderop is een viaduct en als we daar aankomen is het gezellig vol met fietsers. Families, racefietsers enz. We kletsen met een stel dat uit de Ardennen naar huis is (Gent) over hun tocht en hoe dat is om met alle bagage te fietsen. Als het droog is rijden we door en volgen een aantal knooppunten naar de camping. We eten wat bij een oud kasteel en zoeken dat de camping. We rijden met behulp van de Garmin richting de camping. Moeten wel een zijarm van de Leie over, maar er is een bootsman die ons behulpzaam overvaart. We vragen wat het kost, het antwoord is ‘niks’, maar dat nodigt uit tot een gift in het bakje. Hij geeft ons de richting aan en we steken een autoweg over en komen bij een groot publiek gemeentelijk terrein, maar de ingang vinden lukt niet goed. We doen eerst boodschappen en zoeken dan verder. Als we mensen vragen worden we de verkeerde kant of naar de verkeerde camping gestuurd. Als we bij die camping met alleen vaste bewoners zijn , zegt een jongen met understatement ‘ik denk dat u hier niet moet zijn’ en hij legt uit wat wel de goede weg is.. (langs de snelweg, rechts de stad in) De hele actie inclusief boodschappen doen kostte wel een uur. Vrij irritant, maar gelukkig weet ik inmiddels weer hoe ik de Garmin als routeplanner kan gebruiken.
De camping is opvallend rustig. We staan op een groot trekkersveld waar wel honderd kleine tentjes kunnen staan, maar met vier tenten. Dat is het tegenovergestelde van hutje mutje. Het is inmiddels zonnig geworden en we kunnen de natte tent, slaapzakken fris uithangen over palen met dwarsbalken die over het hele veld staan. We kunnen op een nevenveldje stroom krijgen voor de fiets en de powerbank en als alles staat eten we een hapje en nemen deze dag door. We hebben 86 km gereden met flinke klimmetjes, regen en vervelend zoeken. De avondzon doet veel goed. Wel storen we ons aan de snelweg die goed hoorbaar is.
Dinsdag Gent
We staan op met een zonnetje. Omdat het douchen niet lukte gister loop ik naar het begin van de camping om me op te frissen. In ons toiletgebouw zijn de douches uitgeschakeld. Bovendien is lastig dat er op het veld naast ons een jongeren skatekamp georganiseerd wordt. Ongeveer 100 jongeren die het toiletgebouw gebruiken om hun mobiel op te laden en ook daar hun maaltijden geserveerd krijgen. Rond 11.30 u gaan we de stad in maar opnieuw in de regen.
Dit is de stad waar de hoofdpersoon in Oorlog en Terpentijn heeft gewoond. Door de afgelopen week in het boek te lezen was ik in het Vlaamse land tijdens de eerste wereldoorlog, de waanzin van een loopgravenoorlog, maar ook vertelt de kleinzoon (Stefan Hertmans) die het dagboek van zijn opa verwerkt iets over de Belgische samenleving van het begin van de vorige eeuw. Het is de tijd dat de Walen de Vlamingen nog als voetveeg behandelen. Het zijn de Franstalige officieren die veilig ver van de loopgraaf vandaan zitten en de Vlaamse boerenjongens die moeten vechten en op een gegeven moment in opstand komen. Het gaat ook over de invloed van een Duitse groepen bewoners van Gent die zich bemoeien met het beleid ten aan zien van een wereldtentoonstelling in Gent in 1913. Deze tentoonstellingen waren bedoeld om landen de kans te geven zich met elkaar te vergelijken als het ging om technieken, nieuwe producten, kennis en cultuur. Zo zijn er voor WO I, 7 wereldtentoonstellingen gehouden in Antwerpen, Brussel, Luik en Gent. De Nadruk ligt vooral op de technologische ontwikkelingen en dit trok veel exposanten en bezoekers. (In Gent was er sprake van 19000 exposanten) Het zegt iets over de gretigheid van de mensen in die tijd.
We zoeken het VVV op en drinken op het terras een kop koffie en bekijken de buienradar. Tot ruim vier uur in de middag regent het. Geen lekker idee.
Museum SMAK |
We besluiten om naar het SMAK, het modern museum van de stad te gaan. Daar komen we als natte katjes aan. Na wat gedoe met de locker dwalen we een groot deel van de middag door de zalen. Soms boeiend soms niet. We zijn wel gecharmeerd van een zaal die door jongeren is ingericht. Een van de objecten is een videoroject dat als motto heeft: als je iets beëindigd komt er weer ruimte voor iets nieuws. Twee broers herhalen een reis met een oude lada naar St. Petersburg om definitief hun jeugd achter zich te laten. Ze symboliseren dit door de Lada op een binnenplein van het paleis tegen een boom aan te rijden. De montage en herhaling en het wisselende perspectief (vanuit de auto, vanuit het plein) maakt het bekijken tot een wonderlijke ervaring. En het zet aan het denken. Kun je alleen maar aan iets nieuws beginnen als je het oude afsluit. Leuk vraagstuk.
Het is inmiddels weer droog, en we rijden langs wat mode adresjes die nog op het verlanglijstje van C. staan. Tenslotte zoeken een restaurant om wat te eten. Het wordt een Indisch restaurant iets buiten het centrum aan de Leie. Daarna lopen en fietsen we door straten en steegjes om een verdere indruk van de stad te krijgen. Gent is erg toeristisch in de binnenstad, maar het is ook een studentenstad en je ziet veel mensen borrelen op de vele pleintjes. Het is ook een autoluwe stad, waar fietsgebruik flink aangemoedigd wordt. Tenslotte is het een hele rijke stad geweest door onder andere de handel in wol als je de vele oude gebouwen ziet. En volgens de stadsgids is Gent altijd een eigenwijze stad geweest door steeds het eigen spoor te volgen. Al in de veertiende eeuw krijgen de gilden en ambachten het aan de stok met de Franse overheerser. In 1540 is het Karel de V de die in de stad geboren is, die hun eigenwijsheid aanpakt, omdat ze bepaalde belastingen niet willen betalen. Als straf wordt de St Baafsabdij en de stadspoorten afgebroken en notabelen worden in het openbaar berecht. Terug op de camping laden we de elektrische fiets op en eten nog een toetje bij de tent en drinken een kop thee.
Woensdag Gent - Brugge
Onze plek is gekozen vanwege avondzon. We verplaatsen daarom deze ochtend onze picknickbank naar een zonnige plek en hangen onze spullen te drogen of op te frissen (slaapzakken) over de houten balken. We hebben besloten om door te fietsen en niet nog een dag in Gent te blijven. We rijden de stad uit via de rivier de Leie. Dit is een gekanaliseerde natuurlijke rivier van 202 km en die ontspringt in Noord Frankrijk. Ze mondt uit in de ringvaart van Gent en is zo verbonden met de Schelde. Het waterwegstelsel van West en Oost Vlaanderen heeft een lange geschiedenis van economisch belang en politieke strijd die terug gaat op de tachtigjarige oorlog. We volgen de gekanaliseerde Leie tot Hamme en gaan dan via Aalter op Brugge aan. Het pad langs het kanaal is een soort fietssnelweg en komen veel dagjesmensen en racefietsers tegen. De Belgen zijn niet erg royaal met picknickbanken en we besluiten bij een gemaaide berm van een huis te stoppen. Een racefietser komt voorbij en we maken een opmerking over de weinige banken. Hij stopt en zegt dat er over 500 m een bakker zit met een bank voor de deur. Ik heb mijn stoel en kookspullen al uitgepakt en heb niet zo’n zin om alles weer in te pakken. C. echter leeft op bij het woord bakker en gaat op onderzoek uit en komt terug met twee gebakjes en twee pannenkoeken die we voor de middag bewaren. De gemaaide berm is toch een slechte keuze: er is een mierennest en het stinkt naar hondenpoep. Het kan verkeren.
Pannenkoeken van de bakker |
Beetje krap, Camping Brugge |
Na de boodschappen, douchen, borrelen en koken, gaan we snel de stad in om een eerste indruk te krijgen. Brugge is verbluffend mooi en oud. Maar tegelijkertijd ook een soort museum met een heleboel toerisme. Het voordeel van de fiets en de track van de gps maakt het mogelijk snel een eerste indruk te krijgen. De grote pleinen (burcht en centrale marktplein) zijn afgeladen vol, maar ook meer pleinen en terrassen langs het water.
Middeleeuws ziekenhuis |
Wij ontdekken een oud ziekenhuis met een binnenplein waar het vredig en stil is. Daarna rijden we kriskras door de zuidkant van de stad en gaan terug naar de camping voor een kop thee en duiken daarna de tent in.
Donderdag Brugge - Retranchement.
Dit wordt een rommeldag. Eerst gaan we na het opbreken opnieuw Brugge in om koffie te drinken. We zijn redelijk vroeg (9.30 u) maar het is al behoorlijk druk op de grote pleinen. C. heeft een leuk adresje gezien in een folder en dat is de plek voor Brugge snuiven bij een cappuccino (met taart) Het café is erg sfeervol ingericht maar de ligging is wat minder. Bovendien wordt er gewerkt aan een pand naast het café wat veel lawaai oplevert. Hip zijn kost moeite. De vruchten taart vulling is heerlijk, maar de bodem is van gezoete muesli en dat is toch wat doorbijten. Na dit extra ontbijt fietsen we door het noordelijke deel van de stad. Het blijft een plaatje al die steegjes, parkjes en oude huizen die voor een groot deel netjes zijn opgeknapt. In een stadsgids wordt eveneens de vraag gesteld of Brugge geen museum is. De schrijvers die bewoners interviewen zeggen natuurlijk van niet en zij roemen de prettige leefomgeving., het culturele klimaat en de veelzijdigheid van de winkels. Moeilijk te beoordelen. De interviews met de Amsterdammers die ik heb gelezen zeggen wat anders als ze mopperen over het geratel van rolkoffers op de Haarlemmerdijk van mensen die op zoek zijn naar hun RB and B. Geloof de ronkende mythische taal van toeristische folders niet. Het zal mijn anti-ideologische scholing wel zijn die me in de weg zit. .
Overigens is de noordkant van de stad veel minder toeristisch dan de zuidkant. Na dit intermezzo rijden we langs een kanaal naar Damme en verder naar Sluis en Retranchement.
Uitzicht over het Zwin |
We rommelen nog wat en gaan daarna slapen. Morgen gaan we beginnen aan onze thuisreis. Het belooft een zonnige dag te worden en niet onbelangrijk de wind is zuid-west.
Vrijdag Retranchement-Ouddorp.
Deze grenspaal moet eigenlijk midden in het Zwin staan. |
Daarna doen we boodschappen en starten aan de tocht over de Zeeuwse eilanden. Bij Vrouwenpolder lunchen we bij een klein natuurgebied en dan bij Breezand gaan we de Oosterscheldekering over. Wee de mensen die vandaag tegenwind hebben. De racefietsers rijden met rode koppen achter elkaar om zo weinig mogelijk wind te vangen.
Oosterschelde kering |
Brouwersdam |
Middelburg |
Zaterdag Ouddorp-Haarlem
Goedereedc |
We zijn vroeg weg, want we willen proberen vandaag naar huis te rijden. Het idee is de boot naar Hoek van Holland te nemen vanuit de Maasvlakte. We volgen een groot deel van de kustroute op Goeree en zijn verrast door het dorpje Goedereede. Dan pakken we de brug naar het volgende eiland al moeten we wel een tijd wachten voor een brug omdat er zeilboten moeten passeren. Dan passeren we Oostvoorne en rijden de Maasvlakte op. Een stel ook met bagage houden ons tegen en vertellen ons dat in het weekend de boot niet vaart. Help, ik kan het niet geloven want ik heb de pdf gedownload en gelezen waarin staat dat de boot de hele zomer vaart. Ik bel de RET en de telefoniste legt uit dat het zo druk is in de zomer dat de corona afstand niet gehandhaafd kan worden. Later lees ik de flyer nog eens goed en zie dat achter de zomertijd staat behalve in het weekend. Over heen gelezen. Ik vraag de mevrouw om de flyer aan te passen en met grote letters de weekendregeling op te nemen.
We beseffen dat dit alles als gevolg heeft dat we flink moeten omrijden. De eerstvolgende mogelijkheid om de Maas over te komen is de pont bij Maassluis. Met behulp van knooppunten vinden we de pont, niet nadat we op een kruising een leuk gesprek met een mevrouw en haar man hebben over wonen in Roosenburg, fietsen en het milieubeleid van Biden. Na Maassluis zigzaggen we via de trekvaarten van midden Delfland naar Schipluiden.
‘In 1645 verschenen in het gebied van Midden-Delfland de eerste trekschuiten met een vaste dienstregeling, een verschijnsel dat zich ook in andere delen van ons land voordeed. De trekschuit had op het zeilschip voor, dat men niet langer afhankelijk was van de wind. Moesten zeilschepen bij storm of tegenwind vaak blijven liggen, trekschuiten konden vrijwel altijd uitvaren en bovendien volgens een vast tijdschema. De trekschuit werd, zoals de naam al zegt, getrokken of gejaagd. Het jagen van de schuiten geschiedde met paarden, die vaak door jongens werden bereden. Voor de paarden werden langs de vaarroutes trekpaden of jaagpaden aangelegd. Meer dan twee eeuwen lang was de trekschuit een bekende verschijning. Met de opkomst van de stoomboot, de trein en het vervoer over de weg nam na 1850 de betekenis van de trekschuit belangrijk af. Toch zijn in Midden-Delfland enkele veerdiensten tot ver in de twintigste eeuw in de vaart gebleven.’ Bron
Een voor mij onbekend groen gebied. We moeten halverwege onszelf met een pontje overvaren om goed uit te komen. Daarna koersen we naar Scheveningen. Het is mooi weer en er zijn veel mensen op de been bij de haven en de pier. De terrassen en het strand zijn vol. We pauzeren bij de watertoren aan het begin van het duingebied van Meijendel en laden de accu van C. op. Het is rond 16.30 u als we aan de laatste 45 km beginnen, wetende dat er thuis een bed, een douche en eten is. Dit stukje van het kustpad is bekend omdat ik hier wekelijks met de racefiets met schaatsmaatjes train en zo elk heuveltje en bochtje ken. In Langevelderslag pauzeren we even en kletsen kort met Margreet lid van de leesgroep die daar is met haar vriend. We doen wat boodschappen in Bloemendaal en rijden naar huis.
Einde van twee weken fietsen, maar meer dan ooit hebben we op terrasjes gezeten en steden bezocht. Maar echt lummelen was het ook niet. Je bent er nu toch dus ga je er op uit. En na een week gingen we toch dagen tellen en etappes plannen. Deze invulling van een fietsvakantie is wel overzichtelijker. We hebben nu meer dan anders een idee gekregen van het gebied waar we door heen rijden. Dat is de winst.